Sluit alle benodigde bedrading aan op de thermostaat met behulp van de klemmen
met schroefbevestiging.
•
De vloertemperatuursensor moet worden aangesloten op de twee klemmen
gemarkeerd met NTC (polariteit maakt niet uit).
Belangrijk!
Als de installatieafstand korter is dan de installatiedraad van de sensor(standaard
3m), moet de sensorkabel overeenkomstig worden ingekort.
•
De voedingsspanning (230 V AC) wordt verbonden met klemmen N en L, met de
fasedraad - op klem L en de neutrale draad - op klem N.
•
De installatiedraden van het verwarmingselement moeten worden aangesloten op
klemmen N LOAD en L LOAD; de afschermingsvlechtuitgang (geelgroene draad)
moet worden aangesloten op de beschermende aardleiding (PE) via een extern
contact (niet meegeleverd).
Belangrijk!
Om de thermische impact op de relevante onderdelen van de thermostaat laag
te houden bij oneigenlijk gebruik onder continue belasting en om een maximale
levensduur te bereiken, is het aanbevolen om een maximale belastingsstroom van 13 A
(2990 W) te schakelen.
1.
Verwijder het frontpaneel (deel met display). Druk voorzichtig op de vergrendeling
MONTAGE
aan de bovenkant van de afdekking met een dunne sleufschroevendraaier en trek
THERMOSTAAT
het frontpaneel voorzichtig naar u toe.
2.
Maak de elektrische aansluiting
3.
Plaats de achterplaat in de wandmontagedoos en maak deze vast met twee
schroeven, links en rechts op dezelfde hoogte.
4.
Plaats de display in het frame en lijn de connectorcontacten aan de achterkant uit
met de connectoraansluiting op de achterplaat.
5.
Druk het frontpaneel met het frame voorzichtig tegen de achterplaat tot de
vergrendeling vastklikt.
6.
Zorg ervoor dat het frontpaneel goed aansluit op het achterste deel van de
thermostaat.
Belangrijk!
Vermijd beschadiging of buiging van de contacten van de connector tijdens de
installatie.
7