Reiniging
∙ Dompel het apparaat nooit in water.
∙ Haal de stekker uit het stopcontact na gebruik en laat het ap-
paraat verder afkoelen.
∙ Reinig het apparaat na elk gebruik.
∙ De pan en mand kunnen worden gereinigd in warm water met
afwasmiddel of in de vaatwasser. Gebruik geen agressieve of
schurende reinigingsmiddelen.
∙ Reinig het interieur met water en afwasmiddel, indien nodig
gebruik ovenreiniger. Mocht het verwarmingselementen vuil
zijn, draai het apparaat ondersteboven om de verwarmingsele-
menten met een borstel te reinigen.
∙ Plaats de mand en pan in het apparaat en laat het gedurende 5
minuten drogen op 80°C.
1) Buitenkant pan
2) Mandje
3) Vergrendeling mandje
4) Handvat mand
5) Timer
6) Thermostaat
7) Temperatuur controlelampje
8) Stroom controlelampje
9) Luchtuitlaat
10 – 12) Luchtinlaat
29