· Het bovenste stijlledlichtje [A] licht op, de ingebouwde
zoemer piept en het onderste stijlledlichtje [B] gaat uit. Dit is
de andere rand van de stijl.
· Beweeg niet meer en duid de plaats op de groef [01] aan met
een potlood.
· Het middelpunt van de twee markeringen is het midden van
de stijl.
EDGE
NEAR
AC
OPMERKING
Als de stijlledlichtjes [A & B] knipperen en de zoemer continu
piept, is de kalibratie mislukt. Beweeg de eenheid een paar
centimeter naar links of rechts, laat de testknop [02] los en
begin opnieuw
Verwijder uw andere hand van de eenheid niet tijdens het
gebruik, om interferentie te voorkomen.
Onthoud dit: stijlen of balken bevinden zich normaal op een
afstand van 41-61 cm van elkaar en zijn 3,8 cm breed. Dus alles
wat zich dichter van elkaar bevindt of een andere breedte heeft,
is misschien geen stijl.
4
EDGE
EDGE
NEAR
NEAR
AC
AC
Deuren en ramen hebben vaak bijkomende stijlen en boven-
dorpels voor extra stabiliteit. De eenheid detecteert de rand van
deze dubbele stijlen en stevige bovendorpels als één brede stijl.
Ook metalen voorwerpen, kabels of waterleidingen kunnen als
een stijl gedetecteerd worden.
WISSELSTROOMKABELS DETECTEREN
· Plaats het apparaat plat tegen de muuroppervlakte. De opper-
vlakte moet vlak en droog zijn.
· Houd de knop [02] ingedrukt De eenheid wordt ingeschakeld
en begint te kalibreren.
· Beweeg ze niet voor het einde van de kalibratie.
· De kalibratie is voorbij zodra de ingebouwde zoemer piept en
alle LEDS [A, B & C] behalve het ledstroomlichtje [D] eenmaal
knipperen.
· Houd de testknop [02] ingedrukt tijdens de volgende
procedures.
· Gebruik de plaats waar u de eenheid kalibreerde als het
midden van een 60 cm lang recht scanpad waarlangs u zult
scannen.
· Beweeg de eenheid heen en weer over dit scanpad. Ze zal
haar gevoeligheid automatisch aanpassen.
· Gebruik de plaats waar het wisselstroomledlichtje [C] continu
oplicht als het midden van een nieuw 60 cm lang recht
scanpad waarlangs u blijft scannen.