Waarschuwingen
Het verkeerd monteren en testen van de TWIN+ kan
schade veroorzaken aan de accu van het voertuig en/of
aan de TWIN+ zelf.
Gebruik geen privé-stroomgeneratoren als voedingsbron
voor het opladen.
Gebruik de TWIN+ niet in temperaturen die buiten het
bedrijfsbereik liggen – zie technische specificaties.
NL
INFORMATIE
Opmerkingen
Alle installatiewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd
door een erkende monteur, en moeten voldoen aan de
plaatselijke montagevoorschriften. Neem bij vragen
contact op met uw plaatselijke elektriciteitsbedrijf.
Zorg ervoor dat de oplaadkabel zo wordt geplaatst dat
er niet op wordt getrapt, over wordt gereden, over wordt
gestruikeld of dat deze niet wordt beschadigd of te veel
wordt gespannen.
Rol de oplaadkabel uit om te voorkomen dat deze
oververhit raakt.
Geen enkel onderdeel mag worden gereinigd met
reinigingsmiddelen. De buitenkant van de TWIN+, de
oplaadkabel en het uiteinde van de oplaadkabel moeten
regelmatig worden schoongeveegd met een schone,
droge doek, om opgehoopt vuil en stof te verwijderen.
Raadpleeg de plaatselijke normen en voorschriften opdat
de grenswaarden voor de oplaadstroom niet worden
overschreden.
De voorkap moet altijd worden vergrendeld om de
naleving van IP-code IP44 te waarborgen.
Let op: 1-fasige oplading is gebruikelijk in elektrische
voertuigen en L1 en L2 worden gebruikt in de TWIN+
voor dit doeleinde.
Ventilatiesignaal van EV wordt niet ondersteund.
Adapters voor oplaadconnectoren mogen niet worden
gebruikt.
Verlengsnoeren voor oplaadkabels mogen niet worden
gebruikt.
4