Opname
Opnamefuncties
REC
Directe opname van het
VCR-televisiebeeld.
Opnameprogrammering
Tijdsgestuurde opname
Opname met INTELLIGENT TIMER
Herhaling van geprogrammeerde
opnamen.
Opname met ShowView
Opnameprogrammering met de
ShowView-functie.
Opname met externe opnamebesturing
Bandopname wordt door een
extern toestel bestuurd.
Televisietoestel op de betreffende AV-ingang instellen en cassette met intact
INPUT
wisbeveiligingslipje in de VCR inleggen.
REPEAT
Selecteer het opnamekanaal met INPUT.
Wanneer er van een extern toetstel wordt opgenomen, kiest u de
scartingang AV1, AV2 of de frontingang AV3.
Kies dc voor opname met de interne DVD/CD-player.
19
Wilt u via de tuner opnemen, kies dan met de programmakeuzetoets het
gewenste televisiekanaal.
REC
Druk op REC om de opname te starten.
Druk op STOP
Druk op PAUSE/SLOW om de opname te onderbreken.
20
Druk nogmaals op PAUSE/SLOW om de opname voort te zetten.
Om de videokoppen te ontzien, wordt de functie na ca. 5 minuten
uitgeschakeld.
22
Bandsnelheid
REC MODE
Kies de bandsnelheid met de toets REC MODE
voor de opname.
SP : normale opnameduur
LP : dubbele opnameduur
23
EP : drievoudige opnameduur
Bij de weergave van een LP- of EP-opname treden bij sommige cassettes
(bijv. type E-300) beeldstoringen op. Dat zijn geen functiestoringen.
24
om de opname te beëindigen.
- optimale beeldkwaliteit
- eenvoudige beeldkwaliteit
- verminderde beeldkwaliteitt
SP
LP
EP
19