Basisvoeding
Let op!
Gevaar voor ongelukken en vergiftigingen!
Trek voor het testen de handrem aan en zet de versnelling in zijn vrij (bij automaat in
de P-positie). De motor direct weer uitschakelen!
Constant plus (klem 30)
Zoek bij uitgeschakelde ontsteking (b.v.: contactslot, zekeringskast, verdeler of accu) met behulp van een
spanningstester de draad met constante voeding.
Verbindt de rode draad, 15 ampère gezekerd (zekering wordt niet meegeleverd), met de constante voedings-
draad (klem 30) of met een overeenkomstig beveiligde kabel.
Ontsteking klem 15
Zoek aan het contactslot, zekeringskast of radio naar de kabel, die bij ingeschakelde ontsteking en tijdens het
starten +12 V (plus) voert.
Verbindt de oranje kabel via een 1 ampère zekering (wordt niet meegeleverd) met deze kabel of met een
overeenkomstig beveiligde kabel.
14
Massa klem 31
Verbindt de zwarte kabel met de voertuigmassa / carrosserie (klem 31 /massa).
Als u geen massasterpunt gebruikt, let dan op een goed contact aan de carrosserie. Verwijder de lak onder
de klem en gebruik een getande borgring voor de bevestiging.
Optie / aansturing knipperlichten
Zoek naar de twee kabels die bij het knipperen +12 Volt voeren.
Verbindt de lichtblauwe (kl. 12/2) kabel met het rechter en de andere lichtblauwe (kl. 12/3) kabel met het linker
knipperlicht.
Opmerking: voor de meeste Duitse automerken zijn de draadkleuren: zwart / wit
= knipperlicht links
zwart / groen = knipperlicht links
15