7
Plaats de batterij met vier cellen:
a
Plaats de batterij in de daarvoor bestemde sleuf in het systeem [1].
b Plaats de twee (M2.5x3.0-)schroeven terug om de batterij te bevestigen aan het systeem [2].
c
Sluit de batterijkabel aan op de connector op het moederbord [3].
8
Plaats de batterij met zes cellen:
a
Plaats de batterij in de daarvoor bestemde sleuf in het systeem [1].
b Plaats de drie (M2.5x3.0-)schroeven terug om de batterij te bevestigen aan het systeem [2].
c
Sluit de batterijkabel aan op de connector op het moederbord [3].
14
Solid state-schijf (SSD)