4.5 de wIelen InstAlleren
1
A.
Houd de knop op het wiel waarmee het wiel
loskomt, ingedrukt. (Zie afbeelding 1)
B.
Schuif de wielas in de as van de kinderwagen.
C.
Laat de knop waarmee het wiel loskomt, los.
D.
Druk het wiel volledig in de as van de kinderwagen.
E.
Controleer of het wiel stevig aan de kinderwagen
vastzit door er een flinke ruk aan te geven.
F.
Herhaal dat met het andere wiel.
G.
Controleer met een bandenspanningsmeter de
luchtdruk in elke band. De minimaal aanbevolen
druk in de band is 30 psi (2,1 bar) en de maximale
is 35 psi (2,5 bar).
H.
Als de luchtdruk te laag is in een van de banden,
pomp die dan op met een fietspomp.
WAARSCHUWING
Controleer voor elk uitstapje of beide
wielen stevig vastzitten in de as van
de kinderwagen.
10
4.6 de wIelen verwIjderen
2
A.
Houd de knop op het wiel waarmee het wiel
loskomt, ingedrukt. (Zie afbeelding 2)
B.
Trek het wiel uit de as van de kinderwagen.
C.
Herhaal dat met het andere wiel.
51100470 - D