VOETJES AFSTELLEN
Draai de instelbare voetjes om het apparaat waterpas te zetten. Met de voetjes kan het apparaat +/-
1 cm aangepast worden. Gebruik een waterpas en moersleutel nr. 22.
De vloer waarop het apparaat geplaatst wordt, moet een betonnen ondergrond hebben. Deze
moet schoon en droog zijn; anders kan het apparaat verschuiven. Maak ook de onderkant van de
instelbare voetjes schoon.
Het apparaat moet waterpas en stabiel staan, op een stevig oppervlak.
Een apparaat dat niet waterpas staat, kan trillen, verschuiven en lawaai maken. Het gebruiken
van een apparaat dat niet waterpas staat, wordt niet gedekt door de garantie.
Het apparaat kan abnormaal of veel lawaai maken tijdens gebruikt, meestal als gevolg van
onjuiste installatie.
20