Na het reinigen
Raak op het bedieningspaneel de
sensortoets OK aan.
In het display verschijnt .
Raak OK aan.
Als de reinigingsmodus uitgescha-
keld is, dooft de punt in de bovenhoek
van het display.
Blader met de sensortoetsen en
naar het symbool en raak OK aan.
Het koelapparaat begint weer te koelen.
Plaats alle onderdelen terug in het
koelapparaat.
Schakel de functie SuperKoelen
een tijdje in, zodat de temperatuur in
het koelapparaat snel daalt.
Leg pas levensmiddelen in het koel-
apparaat als de temperatuur laag ge-
noeg is.
Sluit de deur/deuren van het appa-
raat.
Reiniging en onderhoud
63