Inhoudsopgave
Advertenties
Spaanplaat, geverfd en geïmpregneerd hout en gekleurd papier mogen niet worden gebruikt als
brandstof, omdat die bijzonder giftige rookgassen afgeven. Gebruik nooit drijfhout dat zout bevat en
daarom het staal, de stenen en de ruit binnen in de kachel aantast. De rook breekt de binnenkant van de
schoorsteen snel af en zorgt dat de kap gaat roesten. In een Svendsen-kachel mogen geen vloeibare
brandstoffen worden gebruikt.
13. Aansteken en stoken
Een koude kachel moet altijd rijkelijk met lucht worden opgestart. De deur moet gedurende de eerste
7-10 minuten op een kier staan en het bovenste luchtventiel (secundaire lucht) moet helemaal worden
geopend.
Het ventiel van de asla is gesloten. Start de kachel met 2 tot 2,5 kg kleine houtjes om snel zo veel
warmte te ontwikkelen dat de schoorsteen de benodigde opwaartse druk bereikt en de binnenkant van
de kachel wordt opgewarmd.
1. Stapel de aansteekhoutjes in de kachel op elkaar als een houten huis of een vlot met 2-4
aanmaakblokjes. Wij raden u aan de top-downmethode te gebruiken.
2. Open de secundaire lucht (A) helemaal. Het ventiel in de asdeur (B)
moet altijd zijn gesloten. Steek de aanmaakblokjes aan. Zet de kacheldeur de
volgende 7-10 minuten op een kier met de handgreep in horizontale positie,
zodat de deur ca. 1 cm open staat.
3. De asdeur en het luchtventiel mogen tijdens het aansteken en
stoken nooit open staan.
4. Na ca. 10 minuten kunt u proberen de deur helemaal dicht te doen. Als
de vlammen levendig blijven, trekt de schoorsteen al. Anders laat u de deur
nog 5 minuten langer op een kier staan. De kachel brandt nu nog 15-20
minuten door totdat de aansteekhoutjes gloeiende resten zijn geworden.
Open de deur altijd langzaam, zodat de schoorsteen zich kan aanpassen aan de nieuwe
omstandigheden. Zo voorkomt u dat er rook vrijkomt uit de kachel, vooral bij slechte trekomstandigheden.
5. Begin met het bijvullen als er nog 2-3 cm gloeiende resten in de kachel liggen. Verspreid de
gloeiende resten met een pook gelijkmatig over de bodem van de verbrandingskamer, met voorin wat
meer dan achterin.
6. Leg 3 stukken brandhout van ca. 700 tot 800 gram in één laag op de gloeiende resten, met een
onderlinge afstand van 1 cm. Zorg dat de ronde kanten met boombast naar boven en naar achteren
wijzen, en de gekloofde kanten naar voren en omlaag in de gloeiende resten. Zo vatten ze sneller vlam
en geven ze sneller warmte af voor de benodigde opwaartse druk in de schoorsteen. De stukken
brandhout mogen niet langer zijn dan 28-33 cm.
7. Doe de kacheldeur meteen helemaal dicht. Laat het secundaire ventiel (A) helemaal open staan. Het
hout moet na een paar minuten vlam vatten.
8. Na 2-5 minuten kunt u de secundaire lucht verminderen en aanpassen aan de behoefte aan warmte.
Voor een optimale en efficiënte verbranding moet u er bij het verminderen voor zorgen dat de vlammen
11
Advertenties
Inhoudsopgave
