1 Veiligheid
▶ Om schroefverbindingen vast te draaien of
te lossen, gebruikt u principieel passende
steeksleutels, maar geen buistangen, ver-
lengingen enz.
1.3.4 Materiële schade door ondichtheden
▶ Zorg ervoor dat aan de aansluitleidingen
geen mechanische spanningen ontstaan.
▶ Hang geen lasten aan de buizen (bijv. kle-
ding).
1.3.5 Materiële schade door te hard water
Te hard water kan de goede werking van het
systeem in gevaar brengen en in korte tijd tot
schade leiden.
▶ Informeer bij de plaatselijke watermaat-
schappij naar de hardheidsgraad van het
water.
▶ Richt u bij de beslissing of het gebruikte
water onthard moet worden volgens de
richtlijn VDI 2035.
▶ Lees in de installatie- en onderhoudshand-
leidingen van de toestellen, waaruit het
systeem bestaat, welke kwaliteiten het ge-
bruikte water moet hebben.
1.3.6 Materiële schade door waterdruk
Door hoge waterdruk kan het drinkwatersta-
tion beschadigd worden.
▶ Installeer in de koudwaterleiding een toe-
gestane veiligheidsgroep opdat de toe-
gestane bedrijfsdruk niet overschreden
wordt.
– Bedrijfsdruk: ≤ 1 MPa
▶ Neem de bij de veiligheidsgroep geleverde
handleiding in acht.
1.3.7 Vergiftigingsgevaar en gevaar voor
brandwonden
Ondeskundig gebruik van reinigingsmiddelen
kan tot vergiftigingen en/of brandwonden
leiden.
▶ Wees voorzichtig bij de omgang met che-
micaliën.
▶ Neem de bij de reinigingsmiddelen meege-
leverde veiligheidsinstructies in acht.
▶ Zorg ervoor dat het warme water niet met
reinigingsmiddelen verontreinigd kan wor-
den.
4
1.3.8 Levensgevaar door ontbrekende
veiligheidsinrichtingen
Ontbrekende veiligheidsinrichtingen (bijv. vei-
ligheidsklep, expansievat) kunnen tot levens-
gevaarlijke brandwonden en andere letsels
leiden, bijv. door explosies. De in dit docu-
ment opgenomen schema's geven niet alle
voor een deskundige installatie vereiste vei-
ligheidsinrichtingen weer.
▶ Installeer de nodige veiligheidsinrichtingen
in de installatie.
▶ Informeer de gebruiker over de functie en
de positie van de veiligheidsinrichtingen.
▶ Neem de betreffende nationale en inter-
nationale wetten, normen en richtlijnen in
acht.
1.4
CE-markering
Met de CE-markering wordt aangegeven
dat de producten volgens het typeplaatje
voldoen aan de fundamentele vereisten van
alle toepasbare richtlijnen.
De conformiteitsverklaring kan bij de fabrikant
geraadpleegd worden.
1.5
Voorschriften
1.5.1 Vereisten aan de leidingen
▶ Gebruik voor de bedrading normale in de
handel verkrijgbare leidingen.
▶ Leg aansluitleidingen van 230 V en voeler-
en busleidingen vanaf een lengte van 10 m
apart.
Vereisten aan de leidingen
Busleidingen
Busleiding (laagspanning)
Voelerleidingen
Voelerleiding (laagspanning)
Starre leidingen (230 V) – doorsnede
Flexibele leidingen (230 V) – doorsnede
Installatie- en onderhoudshandleiding Drinkwaterstation 0020160754_01
≤ 300 m
≥ 0,75 mm²
≤ 50 m
≥ 0,75 mm²
≥ 1,5 mm²
≥ 1,5 mm²