4 4
PROBLEEMOPLOSSINGSGIDS
Onder bepaalde omstandigheden kunnen de prestaties van de microscoop negatief beïnvloed worden door andere
factoren dan fouten. Als er zich problemen voordoen, bekijk dan de onderstaande lijst en neem indien nodig maatregelen
om ze op te lossen. Neem contact met ons op als u het probleem niet kunt oplossen nadat u de hele lijst hebt doorlopen.
1. De linker en rechter
gezichtsvelden vallen niet
samen.
2. In het beeld is stof of vuil
zichtbaar.
3. Zichtbaarheid van het
waargenomen beeld is slecht.
4. Bij het zoomen wordt het
waargenomen beeld onscherp.
5. De stelknop voor het afstellen
van de scherpte draait niet
soepel.
6. Het microscoopframe valt
spontaan omlaag waardoor de
scherpte tijdens het waarnemen
afwijkt.
7. Het rechtergezichtsveld of het
monitorbeeld is afgesneden.
8. Bij het zoomen wordt het
monitorbeeld aanzienlijk
onscherp.
12
Probleem
De interpupillaire afstand is niet
correct ingesteld.
De parallax is niet gecorrigeerd.
De vergrotingen van de linker- en
rechteroculairs verschillen.
Stof/vuil op het preparaat.
Stof/vuil op de oculairs
Stof/vuil op het stofvrije glas op de
tip van het objectief.
De dioptrie van het oculair is
onjuist afgesteld.
De scherpteafstelling is onjuist.
De rotatiespanning van de knop is
te hoog ingesteld.
De rotatiespanning van de knop is
te laag ingesteld.
De selectiehendel voor het lichtpad
is niet goed ingesteld op een
stopstand.
De confocaliteit van de camera is
niet goed ingesteld.
Oorzaak
Stel deze correct in.
Stel deze correct in.
Gebruik de oculairs met dezelfde
vergroting voor links en rechts door
één van beide te vervangen.
Maak het grondig schoon.
Maak het grondig schoon.
Stel deze correct in.
Stel de scherpte goed af.
Verminder de rotatiespanning tot
een optimaal niveau.
Verhoog de rotatiespanning tot een
optimaal niveau.
Trek of duw de hendel helemaal
uit of in tot de stopstand.
Stel deze goed in.
Oplossing
Pagina
10
11
6
7
3
2
2
7
5
6
6