Datum en tijd instellen
U kunt de datum en tijd instellen en u kunt kiezen voor
weergave van de tijd in het formaat 12 uur of 24 uur. Ga
hiervoor als volgt te werk:
1. Open het submenu Datum & tijd.
2. Druk op de toets MEM / (2) om het gewenste
tijdsformaat in te stellen.
3. Druk één keer op de toets ENTER (4) om datum en tijd in te
stellen.
4. U kunt achtereenvolgens jaar, maand, dag, uur en minuten
instellen.
ð Selecteer de gewenste waarde met de toets (5) en
de toets (2). Bevestig de ingevoerde waarden steeds
met de toets ENTER (4).
Automatische uitschakeling instellen
De automatische uitschakeling kan worden ingesteld in stappen
van 10 minuten tussen 10 en 120 minuten. U kunt de
automatische uitschakeling ook deactiveren door de waarde
OFF te selecteren. Ga hiervoor als volgt te werk:
1. Open het submenu Auto uit.
ð Selecteer de gewenste waarde met de toets (5) en
de toets (2). Bevestig de ingevoerde waarde met de
toets ENTER (4).
Omschakeling eenheid voor temperatuur
U kunt kiezen of de temperatuur moet worden weergegeven in
°C of °F. Ga hiervoor als volgt te werk:
1. Open het submenu Eenheid.
ð Selecteer de gewenste waarde met de toets (5) en
de toets (2). Bevestig de ingevoerde waarde met de
toets ENTER (4).
Alarm configureren en in-/uitschakelen
Voor het meten van deeltjes van grootte 2,5 µm kan op het
apparaat een grenswaarde worden ingesteld, waarbij er een
alarm afgaat. U kunt kiezen uit de waarden 10 µg/m
3
3
75 µg/m
, 150 µg/m
en 200 µg/m
schakelt het alarm uit. Ga als volgt te werk om het alarm in te
stellen:
1. Open het submenu Alarm.
ð Selecteer de gewenste waarde met de toets (5) en
de toets (2). Bevestig de ingevoerde waarde met de
toets ENTER (4).
Helderheid van het beeldscherm instellen
De helderheid van het beeldscherm kan worden ingesteld. Ga
hiervoor als volgt te werk:
1. Open het submenu Helderheid.
ð Stel de gewenste helderheid van het beeldscherm in
met de toets (5) en de toets (2). Bevestig de
ingevoerde waarde met de toets ENTER (4).
NL
3
, 35 µg/m
3
. De instelling "No Alarm"
deeltjesmeetapparaat BQ30
Tijdsintervallen tussen de deeltjesmetingen instellen
U kunt instellen met welke tijdsintervallen het apparaat
afzonderlijke deeltjesmetingen uitvoert. De metingen van
koolstofdioxideconcentratie, omgevingstemperatuur en relatieve
luchtvochtigheid staan hier los van, deze worden door het
apparaat permanent uitgevoerd.
Voor de intervallen van de deeltjesmetingen kan worden
gekozen uit: 5, 10, 15, 30 en 60 minuten. Als u de waarde OFF
selecteert, voert het apparaat ononderbroken constant een
deeltjesmeting uit. Ga voor het instellen als volgt te werk:
1. Open het submenu Opslagfrequentie.
ð Stel het gewenste tijdsinterval tussen de metingen in
met de toets (5) en de toets (2). Bevestig de
ingevoerde waarde met de toets ENTER (4).
Menutaal van het apparaat instellen
U kunt de menutaal van het apparaat instellen. U kunt kiezen uit
de volgende talen: Duits, Engels, Frans, Italiaans, Nederlands,
Spaans, Pools en Turks. Ga hiervoor als volgt te werk:
1. Open het submenu Taal.
ð Selecteer de gewenste taal met de toets (5) en de
toets (2). Bevestig de ingevoerde waarde met de
toets ENTER (4).
Informatie over de software oproepen
Ga als volgt te werk om de versie van uw software en het
IMEI-nummer van uw apparaat te bekijken:
1. Open het submenu Info.
ð Softwareversie en IMEI-nummer worden op het
display (1) weergegeven.
Geheugengebruik weergegeven
Er kunnen maximaal 5.000 records worden opgeslagen in de
interne ringbuffer van het apparaat. De meetresultaten worden
door het apparaat automatisch opgeslagen. Wanneer het
maximale aantal records is overschreden, worden de oudste
3
,
records overschreven.
Ga als volgt te werk om de opgeslagen waarden te laten
weergeven:
1. Houd de toets MEM ca. 2 s ingedrukt om bij het
Memory-menu te komen.
ð De laatste acht meetresultaten worden dynamisch als
lijndiagram weergegeven.
2. Druk kort op de toets ENTER (4) om afzonderlijke
opgeslagen meetresultaten te laten weergeven.
ð Op het display (1) verschijnen datum, tijd en
geheugenslot van het actueel geselecteerde
meetresultaat.
ð Het meetresultaat wordt tevens als lijndiagram
weergegeven.
3. Met de toets (5) en de toets (2) kan door de
afzonderlijke opgeslagen meetresultaten worden
gebladerd.
4. Houd de toets MEM nogmaals ca. 2 s ingedrukt om het
Memory-menu te verlaten.
9