1. Installatie instructies & Bedieningspunten
Voorzorgsmaatregelen voor installatie:
1.
Eventuele chemicaliën moeten gegarandeerd worden toegevoegd aan de leidingen na de
warmtepomp (d.w.z. dat de chemicaliën niet in de warmtepomp kunnen komen).
2.
Bij het plaatsen of vervoeren van de apparatuur moet deze omhoog worden geplaatst en
rechtop worden gehouden, en mag deze niet worden gekiept of omgekeerd.
1.1 Locaties voor installatie
Het product kan op elke vooraf bepaalde locatie worden geïnstalleerd en gebruikt zolang
aan de volgende drie voorwaarden wordt voldaan:
1) Goede ventilatie
2) Stabiele voeding
3) Zwembad filter
Deze warmtepomp moet buiten op een goed geventileerde plaats geïnstalleerd worden en
de afstand tot het zwembad moet groter dan of gelijk aan 2 meter zijn. De uitlaat van het
apparaat dient minstens 1 meter verwijderd te zijn van obstakels en de omringende
obstakels dienen minstens 0,5 meter te zijn. Raadpleeg bij installatie binnenshuis de
installateur om de ruimte goed geventileerd te houden..
Opmerking: Installeer het apparaat niet op een beperkte of onvoldoende ventilatielocatie, of
op een locatie waar het de luchtinlaat kan blokkeren. Deze locaties kunnen van invloed zijn
op de luchtstroom c. Hierdoor zal de lucht recirculeren, wat resulteert in een verminderde
efficiëntie. Het systeem kan hierdoor zelfs mogelijks niet meer werken.
4