In verband met brandgevaar mag dit textiel nooit in het apparaat
worden gedroogd:
- textiel dat met industriële chemicaliën is gereinigd, bijv. in een sto-
merij.
- textiel dat overwegend (schuim)rubberen of rubberachtige onder-
delen bevat. Zoals bijvoorbeeld latexschuim, douchemutsen, wa-
terdicht textiel, rubberen artikelen en kledingstukken, hoofdkus-
sens met schuimrubbervlokken.
- textiel dat vullingen bevat en beschadigd is (bijv. kussens of jas-
sen). Vulling die eruit valt, kan brand veroorzaken.
Door de ingebouwde warmtepomp produceert deze droger veel
warmte wanneer hij is ingeschakeld. Deze warmte moet goed kunnen
worden afgevoerd. Anders kan het droogproces meer tijd in beslag
nemen of dient u op lange termijn rekening te houden met schade
aan de droger.
Het volgende moet daarom gegarandeerd zijn:
- voortdurende ventilatie tijdens de volledige duur van het droogpro-
ces.
- een spleet tussen de vloer en de onderkant van de droger die niet
mag worden afgedekt of verkleind.
Spuit de droger niet nat.
Leun niet op de deur om te voorkomen dat de droger gaat kan-
telen.
Op de verwarmingsfase volgt bij veel programma's de afkoelfase.
Daarmee kunt u er zeker van zijn dat het wasgoed niet zo heet wordt
dat het verbrandt en beschadigd raakt. Pas hierna is het programma
afgelopen.
Haal al het wasgoed dan direct uit de automaat.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
15