gootstenen, op druipwaterafvoerplaatsen of andere oneffen
oppervlakken.
8. Plaats het apparaat niet op plaatsen waar het blootgesteld
kan worden aan hoge temperaturen van kachels, radiatoren,
gastoestellen, enz.
9. Plaats het apparaat niet op elektrische of gasfornuizen en ovens.
10. Contact met hete oppervlakken kan brandwonden veroorzaken.
Gebruik geschikt keukengerei en ovenwanten wanneer u tijdens
het gebruik onderdelen van het apparaat vastpakt.
11. Als u het apparaat niet gebruikt, schakel het dan uit en haal de
stekker uit het stopcontact. Laat alle onderdelen van het apparaat
afkoelen voordat u het product uit elkaar haalt om schoon te
maken. Koppel het netsnoer los door aan de stekker te trekken -
ruk nooit aan het snoer.
12. Steek nooit de stekker in het stopcontact en zet de rijstkoker
nooit aan zonder dat de kookpan correct in de pan is geplaatst.
13. Vul de behuizing van de rijstkoker niet met vloeistof. Alleen het
kookvat is ontworpen voor vloeistoffen.
14. LET OP: Til het glazen deksel voorzichtig op en kantel het zo dat de
stoom van u weg ontsnapt om verbranding te voorkomen. Laat
het water van het deksel niet in de pan druppelen, maar alleen in
de pan.
15. Gebruik geen beschadigd of gebroken kookvat. Vervang deze
voor gebruik.
16. Gebruik het apparaat niet voor andere doeleinden dan waarvoor
het ontworpen is.
17. Niet buiten gebruiken.
18. Het apparaat mag niet onbeheerd worden achtergelaten wanneer
het in werking is.
19. Bewaar het apparaat binnen op een droge plaats.
20. Het apparaat bevat geen onderdelen die door de gebruiker
gerepareerd kunnen worden. Probeer het apparaat niet zelf te
repareren of aan te passen.
21. Plaats geen andere voorwerpen op het apparaat en voorkom het
inbrengen van vreemde voorwerpen, gebruik het apparaat niet
in de buurt van gordijnen, enz.
4