nieuwe* montageplaat (MP6) gebruikt,
dan kunt u de melder in elke gewenste
richting monteren. U hoeft slechts de
bevestigingshaakjes in de gaten aan
het einde van de gleuven te plaatsen en
vervolgens de melder met de klok mee te
draaien totdat aan de aanslag. Zorg ervoor
dat u de melder volledig vastdraait.
Zodra u de rookmelder correct op de
montageplaat
heeft
de
ingebouwde,
batterij ingeschakeld. De rode led aan
de voorzijde moet nu om de veertig
seconden knipperen om aan te geven
dat de rookmelder correct functioneert.
*Wanneer u de melder op een ouder model
montageplaat van First Alert bevestigt, dan
kunt u de melder slechts in één richting
monteren. Als u advies nodig heeft,
neem dan contact op met de technische
klantenservice van First Alert (zi pagina 16)
4 First Alert rookmelder testen
Nadat u de melder op de montageplaat
heeft bevestigd, moet u vijf seconden
wachten voordat u de melder gaat testen.
Zie Alarmtest op pagina 10.
bevestigd,
wordt
niet-vervangbare
WERKING
Normale werking
Als de rode led aan de voorzijde om de
veertig seconden knippert, dan weet u dat
de rookmelder correct functioneert.
Niet-vervangbare batterij bijna leeg
BELANGRIJK: De rookmelder heeft
een niet-vervangbare batterij (3v DC,
CR17345) nodig met voldoende stroom
om goed te kunnen functioneren.
Als de niet-vervangbare batterij van de
First Alert rookmelder bijna leeg is, dan
geeft de melder om de veertig seconden
tjirpend waarschuwingssignaal. Wanneer
dit gebeurt, moet u de melder onmiddellijk
vervangen. De First Alert rookmelder
geeft deze waarschuwing ten minste
zeven dagen. Als u de rookmelder dan
nog niet heeft vervangen, dan kunt u niet
meer worden gewaarschuwd in geval van
brand. Wanneer u de rookmelder van
de montageplaat verwijdert, dan wordt
de niet-vervangbare batterij automatisch
uitgeschakeld en stopt het tjirpende
waarschuwingssignaal, zodat u de melder
volgens de lokale voorschriften kunt
weggooien.
Voor instructies over het weggooien, zie
pagina 17.
9