Gebruikershandleiding
5
Instellingen en aanpassingen
Na de installatie stelt een gekwalificeerde installateur de basisinstellingen van de warmtepomp in. Hieronder
worden aanpassingen beschreven die de installateur/gebruiker kan doen.
N
5.1
De binnentemperatuur instellen
Comfortaanpassing, om temperatuur te veranderen
Op het startscherm kan een "comfortaanpassing" van de binnentemperatuur heel eenvoudig worden toege-
past.
Zie Comfortinstellingen in de bijlage voor meer bijzonderheden.
Thermia Värmepumpar
Diplomat Inverter/Diplomat Duo Inverter
Wijzig nooit instellingen van de regelunit ten-
zij u weet wat de gevolgen ervan zijn.
Noteer de standaardinstelling.
Ofwel druk op
temperatuur te verhogen of te verlagen.
Elke stap staat voor een verhoging/verlaging van ongeveer 1 °C van
de binnentemperatuur.
of
, ofwel draai rechtsom of linksom om de
VUJSF410
11