Geavanceerde functies en instellingen
In dit gedeelte worden de geavanceerde functies van de monitor beschreven.
Adaptive Sync (Adaptieve Synchronisatie)
Als u Adaptive Sync (Adaptieve Synchronisatie) inschakelt, heeft u geen schokkerige
of onderbroken games meer, maar vloeiende, deeltjesvrije prestaties op vrijwel elke
framesnelheid.
Om de Adaptive Sync-functie in te schakelen:
1. Druk op de [●] -toets of beweeg de speeltoets [◄] of [▲] of [▼] om het On-
Screen Display (OSD)-menu weer te geven.
2. Beweeg de speeltoets [◄] of [►] om Display (Scherm) te selecteren. Beweeg
vervolgens de speeltoets [▼] om het Display (Scherm)-menu binnen te gaan.
3. Beweeg de speeltoets [▲] of [▼] om Adaptive Sync (Adaptieve Synchronisatie)
te selecteren. Beweeg vervolgens de speeltoets [►] om de selectie te bevestigen.
4. Beweeg de speeltoets [▲] of [▼] om On (Aan) of Off (Uit) te selecteren. Druk
vervolgens op de [●]-toets om de selectie te bevestigen.
NOOT: Om de G-Sync-functie te gebruiken, moet een DisplayPort-verbinding
worden gebruikt. Let ook op het volgende:
1. Uw computer moet uitgerust zijn met een grafische kaart uit de
GeForce GTX 10-Serie of GeForce RTX 20-Serie.
2. Het nieuwste GeForce-stuurprogramma moet zijn geïnstalleerd.
3. Ga voor meer informatie over het inschakelen van G-Sync op een
Adaptive Sync-monitor naar: https://www.nvidia.com/en-us/geforce/
news/geforce-rtx-2060-g-sync-compatible-game-ready-driver/.
49 49