Inhoudsopgave
Advertenties
SFP's configureren
Interfacesnelheid en duplexmodus configureren
Ethernet-interfaces op de switch werken op een snelheid van 10, 100 of 1000 Mbps of 10.000
Mbps en in de volledige of halfdubbele modus. In de full-duplex modus kunnen twee stations
tegelijkertijd verkeer verzenden en ontvangen. Normaal werken 10 Mbps poorten in half-duplex
modus, wat betekent dat stations verkeer kunnen ontvangen of verzenden.
U kunt geen snelheid op SFP-modulepoorten configureren, maar u kunt wel snelheid configureren
om niet te onderhandelen als verbinding wordt gemaakt met een apparaat dat geen automatische
onderhandeling ondersteunt. Wanneer echter een 1000BASE-T SFP-module zich in de SFP-
modulepoort bevindt, kunt u de snelheid instellen op 10, 100 of 1000 Mbps of automatisch.
U kunt de duplexmodus niet configureren op SFP-modulepoorten tenzij er een 1000BASE-T SFP
module of een 100BASE-FX MMF SFP module in de poort staat. Alle andere SFP-modules
werken alleen in de full-duplex modus.
Wanneer een 1000BASE-T SFP-module zich in de SFP-modulepoort bevindt, kunt u de
duplexmodus naar de automatische volledige modus configureren.
Wanneer een 100BASE-FX SFP module zich in de SFP module poort bevindt, kunt u de
duplexmodus tot half vol configureren.
Opmerking: Half-duplex modus wordt ondersteund op Gigabit Ethernet-interfaces. U kunt
deze interfaces echter niet configureren om in half-duplex modus te werken.
Gebruik deze opdracht om de informatie over een geïnstalleerde optische transceiver weer te
geven: toon hw-module subsleuf <sleuf/subsleuf> transceiver <poort> idprom.
SFP-modules van derden gebruiken
Het gebruik van SFP-transceivers van derden met Cisco-apparaten wordt niet ondersteund door
Cisco. Door Cisco goedgekeurde SFP-modules hebben een seriële EEPROM die het
serienummer van de module, de naam en ID van de leverancier, een unieke beveiligingscode en
een cyclische redundantiecontrole (CRC) bevat. Wanneer een SFP-module in de switch wordt
geplaatst, leest de switch-software het EEPROM om het serienummer, de naam van de
leverancier en de verkoper-ID te verifiëren, en recomputing van de beveiligingscode en de CRC.
Als het serienummer, de leveranciersnaam of de verkoper-ID, de beveiligingscode of de CRC
ongeldig is, genereert de software deze beveiligingsfoutmelding en plaatst de interface in een
staat die met een fout is uitgeschakeld:
SYS-3-TRANSCEIVER_NOTAPPROVED:Transceiver on port [dec]/[dec] is not supported
Een SFP-module aansluiten op een GBIC-module
De SFP en GBIC zijn slechts een verbinding tussen de echte laser en het chassis. U moet deze
controleren om een SFP-module met een GBIC-module te kunnen aansluiten:
Het type glasvezelkabel dat wordt gebruikt: Single Mode of Multi Mode.
Het vereiste type fysieke verbinding: SC-connector, ST-connector enzovoort.
Advertenties
Inhoudsopgave
