Printer beveiligen
4
Druk op
tot de volgorde waarin de lampjes op het bedieningspaneel branden, overeenkomt met de
volgorde van de lampjes in de volgende afbeelding en druk vervolgens op
- Knippert geel
- Knippert geel
Opmerking: De printer wordt tijdens dit proces meerdere malen opnieuw opgestart.
5
Sluit de klep.
Voor printers met een aanraakscherm of niet-aanraakscherm
1
Zet de printer uit.
2
Houd op het bedieningspaneel 2 en 6 ingedrukt terwijl u de printer inschakelt.
Laat beide knoppen pas los wanneer de voortgangsbalk op het beeldscherm wordt weergegeven. De
printer voert de opstartcyclus uit, waarna het Configuratiemenu wordt weergegeven.
3
Selecteer Instellingen herstellen > Oud apparaat wissen > Geheugen.
Voor printermodellen met een niet-aanraakscherm drukt u op
navigeren.
De printer voert een opstartcyclus uit.
Flashgeheugen verwijderen
Flashgeheugen is een soort geheugen dat gegevens bewaart wanneer de stroom wordt uitgeschakeld.
Waarschuwing: mogelijke beschadiging: Zet de printer niet uit als het flashgeheugen wordt geformatteerd.
.
of
om door de instellingen te
6