Bedieningspaneel
A. LCD-display
B. MODE-knop
C. SETUP-knop
DMX-bedieningsmodus
De fixtures worden individueel aangestuurd
de controller.
De fixtures reageren op het DMX-signaal uit de controller. (Als u het DMX-adres selecteert en opslaat,
toont de controller de volgende keer het opgeslagen DMX-adres.)
DMX-adrestoewijzing
Met het bedieningspaneel op de voorkant van de voet kunt u het DMX-fixtureadres toewijzen. Dit is het
eerste kanaal waarmee de Sunraise LED zal reageren op de controller.
Merk op dat het apparaat beschikt over 4 kanalen als u de controller gebruikt.
Zorg dat u de DMX-adressen goed instelt als u meerdere Sunraise LEDs gebruikt.
Het DMX-adres van de eerste Sunraise LED dient daarom 1(A001)te zijn, ; het DMX-adres van de tweede
Sunraise LED dient 1+4=5 (d005); te zijn, ; het DMX-adres van de derde Sunraise LED dient 5+4=9 (d009), te
zijn. Zorg dat er geen overlappende kanalen optreden, om elke Sunraise LED correct aan te kunnen
sturen.
Als er twee of meer Sunraise LEDs eenzelfde adres hebben, zullen deze gelijktijdig werken.
Zie de instructies onder "Adres toewijzen" voor adresinstellingen.
Gebruik:
Nadat u een adres hebt toegewezen aan alle Sunraise LED-fixtures, kunt u beginnen deze te gebruiken
via uw verlichtingscontroller.
Opmerking: Na het inschakelen detecteert de Sunraise LED automatisch of er DMX 512-data ontvangen
wordt. Als er geen dataontvangst via de DMX-ingang is, gaat de "LED" op het bedieningspaneel niet
knipperen.
Het probleem is mogelijk:
• De XLR-kabel van de controller is niet aangesloten op de ingang van de Sunraise.
• De controller is uitgeschakeld of defect, de kabel of de aansluiting is defect of de signaalkabels in de
invoerstekker zijn omgewisseld.
Opmerking: U moet een XLR-eindplug (met 120 Ohm) in de laatste fixture plaatsen voor goede
gegevenstransmissie over de DMX-datalink.
D. Omhoog-knop
E. Omlaag-knop
via een datalink en aangesloten op
10
Afb. 4