Bedieningselementen
A
Spanningsconverter
q
Ventilator(aan de achterzijde)
w
Bedrijfs LED/aanduiding van overbelasting
e
Aan/uit knop
r
220 240 V stopcontact voor Euro stekker
t
USB aansluiting
y
12 V aansluitingen (rood+/zwart )
u
Zekeringhouder
B
Snoer met aansluitklemmen
C
Snoer met 12V autostekker
D
40 A vlakke autozekering
Ingebruikname
Uitpakken
1.
Haal het apparaat uit de verpakking.
2.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen van het
apparaat.
Let op:
laat kleine kinderen niet met folie spelen.
Er bestaat verstikkingsgevaar!
Inhoud van het pakket controleren
Controleer voor ingebruikname de inhoud van het
pakket op volledigheid en eventuele beschadigingen.
Spanningsconverter
1 snoer met aansluitklemmen rood/zwart
1 snoer met 12 V autostekker
1 vlakke autozekering 40 A
Deze gebruiksaanwijzing
Voorschriften over het gebruik
Voor een continu bedrijven van apparaten via de
spanningsconverter moet er op het boordstopcon
tact een spanning tussen 11 15,5 V
spanningsbron van het boordstopcontact kan een
autobatterij zijn of een geregelde stroomverzorging met
gelijkstroom zoals bijv. een accustation. Contro
leer vóór het aansluiten van de spanningsconverter
of de spanningsbron voldoende stroom
levert voor het gebruik. De stroom die voor het
gebruik nodig is, kan als volgt worden berekend:
Voorbeeld
De spanningsbron moet voor een continu prestatie
van 300 W dus ten minste 30,5 A leveren.
Opmerking:
12 V boordstopcontacten leveren max. 15 A,
daarom moet de spanningstransformator met
de aansluitklemmen direct worden aangeslo
ten aan een auto accu. Alleen zo kan het
300 W continu vermogen worden bereikt.
Let op!
Nooit de spanningsconverter aansluiten op
een 24 V boordnet. Anders raakt het appa
raat beschadigd. Het apparaat mag alleen wor
den aangesloten op een spanningsbron met
een nominale spanning van 12 V.
- 34 -
staan. De