Afbeelding 85. De ventilator- en koelplaateenheid plaatsen
Stappen
1. Lijn de schroefgaten in de ventilator en koelplaateenheid uit met de schroefgaten op de systeemkaart.
2. Draai de vier geborgde schroeven vast waarmee de ventilator- en koelplaateenheid op de systeemkaart zijn bevestigd.
OPMERKING:
Draai de geborgde schroeven in de volgorde vast die wordt vermeld op de koelplaat [1 > 2 > 3 > 4].
3. Plaats de schroef (M2x6) terug waarmee de ventilator- en koelplaateenheid aan de systeemkaart wordt bevestigd.
4. Sluit de kabel van de ventilator aan op de connector van de systeemkaart.
5. Lijn de afdekkap van de systeemkaart uit en plaats deze samen met de thermische plaat van de draadloze kaart op de systeemkaart en
blijf werken aan de onderkant van de afdekkap van de systeemkaart totdat deze vastklikt.
OPMERKING:
De thermische plaat van de draadloze kaart is permanent op de afdekkap van de systeemkaart bevestigd. Elke
vervanging van de draadloze kaart vereist verwijdering van de afdekkap van de systeemkaart samen met de thermische plaat van
de draadloze kaart.
6. Gebruik de tape om de beeldschermkabel aan de systeemkaartafdekkap te bevestigen.
7. Bevestig de tape waarmee de ventilatorkabel aan de systeemkaartafdekkap zijn bevestigd.
8. Lijn de draadloze kaartbeugel uit en plaats deze op de systeemkaart.
9. Draai de geborgde schroef vast waarmee de beugel van de draadloze kaart wordt bevestigd op de draadloze kaart.
FRU's (op locatie te vervangen onderdelen) verwijderen en installeren
101