Inhoudsopgave
Advertenties
3.5
BENODIGDHEDEN VOOR INSTALLATIE
Voor installatie van de Solar Chargemaster heeft u de
volgende onderdelen nodig:
Solar Chargemaster (meegeleverd);
Accutemperatuursensor met aangegoten kabel en
stekkertje (meegeleverd);
DC-kabel om de Solar Chargemaster aan te sluiten.
Voor specificaties zie paragraaf 3.3.1;
Een zekeringhouder met DC zekering die in de
positieve DC-kabel naar de accu moet worden
opgenomen. Voor specificaties zie paragraaf 3.3.1;
Optioneel: bedrading, zekering en zekeringhouder voor
het aansluiten van de accuspanningsmeting; zie
paragraaf 3.3.2;
Schroeven/bouten (max. Ø 4mm.) (met pluggen) om
de Solar Chargemaster op de ondergrond te monteren;
DC-schakelaar om de PV-modules te ontkoppelen van
de Solar ChargeMaster, zie paragraaf 3.4.1
PV-panelen; zie paragraaf 3.4.2;
Accu's;
Accuschakelaar;
Geschikte
en
betrouwbare
trekontlastingen, accuklemmen en adereindhulzen.
Wij bevelen als minimale gereedschapsset aan:
Een geïsoleerde kruiskopschroevendraaier nr.2 of
platte schroevendraaier 5 mm om de DC-kabels aan te
sluiten;
Gereedschap
om
de
schroeven / bouten en eventueel pluggen op de
ondergrond te monteren
NL / Solar ChargeMaster 60 MPPT-MB
kabelschoenen,
Solar
Chargemaster
met
3.6
AANSLUITEN
3.6.1
Algemeen
WAARSCHUWING
Laat installatiewerkzaamheden uitvoeren door
een bevoegde installateur.
Gedurende de installatie dient de gehele
elektrische installatie spanningsvrij te zijn!
LET OP!
Kortsluiten of het omdraaien van de
polariteit
veroorzaken
Chargemaster, de bekabeling en/of de
aansluitingen.
Volg alle stappen van de installatie-
instructies
volgorde.
LET OP!
Te dunne kabels en/of losse verbindingen
kunnen gevaarlijke oververhitting van de
kabels en/of klemmen veroorzaken. Draai
daarom alle verbindingen goed vast om
overgangsweerstanden zoveel mogelijk te
beperken en gebruik kabels met de juiste
aderdoorsnede.
trekontlastingen om mechanische belasting
van de schroefaansluitingen te voorkomen.
LET OP!
De negatieve aansluitingen van de Solar
ChargeMaster zijn intern doorverbonden en
hebben daardoor een gelijke elektrische
potentiaal. Indien aarding noodzakelijk is, dan
is dit uitsluitend toegestaan aan de negatieve
pool. Gebruik slechts één aardpunt!
Minimale aderdoorsnede voor aarding: 10mm²
/ AWG8.
OPMERKING:
Als de accutemperatuur tussen 15°C en 25 °C
blijft is het niet beslist noodzakelijk om de
accutemperatuursensor aan te sluiten.
Sluit de accutemperatuursensor (Afbeelding
1, item 8) niet aan indien Battery Type staat
ingesteld op "MLI" of indien de Shunt device
functie is ingeschakeld, zie paragraaf 4.2.4
INSTALLATIE
kan
ernstige
schade
aan
de
Solar
op
in
de
aangegeven
Gebruik
aanvullende
11
Advertenties
Inhoudsopgave
