Figuur 4 LCD van de LoFlo Balometer
7. HET BEGIN
Opmerking
Het instrument moet zijn gestabiliseerd op kamertemperatuur om de gespecificeerde nauw-
keurigheden te verkrijgen.
1. Wanneer u een kap bij het instrument gebruikt, zet de LoFlo Balometer in elkaar zoals
beschreven in hoofdstuk 4 "Instrument set-up en opslag".
2. Schakel het instrument aan door middel van de schuifschakelaar aan de rechterkant van de
meter.
3. Wanneer het instrument is aangeschakeld ziet u op de display van de LoFlo Balometer de
ventilatieindicator gesloten. Sluit de ventilatie op de basis door de wijzer van de topscherm
plaat met de klok mee te draaien.
4. Selecteer de correcte wijze voor luchtstroomrichting, inblaas of afzuig.
5. Plaats de LoFlo over de diffuser of het radiatorscherm dat moet worden gemeten.
6. Het autorange-kenmerk van de LoFlo Balometer kiest de correcte schaal en de volumesnelheid
verschijnt in de digitale uitlezing sectie op de display. Een snelle druk op de heftschakelaar
zorgt dat de display stilstaat.
7. Nog een snelle druk zorgt dat de display weer de actuele waarde aangeeft.
8. Voor luchtsnelheid boven 150 cfm (255 m
tilatie in een open wijze te gebruiken om luchtstroombestandseffecten te minimaliseren. Zie
hoofdstuk 8 "Gedetailleerde bediening".
Opmerking
Wees er zeker van dat er geen gaten zitten tussen de LoFlo en de oppervlakte rond de diffuser of
het radiatorscherm. Wees er ook zeker van dat uw lichaam of andere objecten niet de luchtstroom
waar de lucht vertrekt (inblaas) of binnenkomt (afzuig) blokkeert. Dit beïnvloedt namelijk de
uitlezing.
6
Handleiding Airfl ow LoFlo balometer
1 Digitale uitlezing
2 Gesimuleerde analoge display
3 Handmatige bereiksindicator
4 Inblaas-/afzuigindicator
5 2-punts mode-indicator
6 Ventilatie-indicator
7 Eenhedenindicator
8 Lage-spanningindicator
3
/uur, 71 l/s) is het aanbevolen om de ven-