lichteffecten zijn aangesloten op een DMX leiding heeft geen invloed op de DMX
adressering. Bijv.: een lichteffect met DMX adres 1 kan willekeurig op de DMX lijn worden
aangesloten, in het midden, in het begin of op het einde. Indien een lichteffect
geprogrammeerd is met adres 1, zal de controller alle data gericht aan adres 1 naar het
specifieke apparaat zenden, ongeacht de positie in de DMX lijn.
DATA KABEL (DMX kabel) productvereisten (voor DMX en Master/Slave toepassing):
er ook op dat DMX kabel in serie en niet parallel aangesloten wordt.
Fig. 1
OPMERKING: Volg figuur twee en drie, indien u uw eigen kabel maakt. Gebruik de aardlip
van de XLR connector niet. De afscherming van de DMX kabel wordt niet op de aardlip of
op de behuizing van de XLR connector aangesloten. Dit kan kortsluiting veroorzaken of
onberekenbaar functioneren ten gevolge hebben.
EXTRA AANWIJZING: Afsluitweerstand. Indien langere stukken kabel worden gebruikt,
wordt het aanbevolen om een afsluitweerstand te gebruiken op het laatste apparaat teneinde
storingen te voorkomen. Een afsluitweerstand is een 120 ohm ¼ watt weerstand die is
verbonden tussen pin 2 en 3 van een mannelijke XLR connector (DATA + en |DATA -). Deze
afsluitweerstand wordt op de vrouwelijke XLR connector aangesloten van het laatste
©American DJ® -
De Vizi BSW 300 kan via het DMX-512 protocol gestuurd worden.
De Vizi BSW 300 is een 17-kanaals of een 20-kanaals DMX
apparaat. Het DMX adres wordt elektronisch ingevoerd op het
voorpaneel van de Vizi BSW 300. Zowel het apparaat als de DMX
controller moeten een 3-polige XLR connector voor data-ingang en
data-uitgang hebben (zie afbeelding 1). Indien u uw eigen kabels
maakt dient u erop te letten 2-aderige afgeschermde kabel met een
impedantie van 110 Ohm te gebruiken (te verkrijgen bij de
professionele licht- en geluidsvakhandel). De kabels moeten
voorzien zijn van een mannelijke en vrouwelijke XLR connector. Let
XLR Pinbezetting
Pin 1 = massa
Pin 2 = - signaal
Pin 3 = + signaal
www.americandj.eu
– Vizi BSW 300 – Gebruikershandleiding pagina 10
Fig. 2
Fig. 3