9
Onderhoud
9.1
Reiniging
L et op! – B es c hadiging van apparatuur!
■
■
Reinig vuile apparaten met een zachte droge doek.
–
Als dit niet voldoende is, maakt u een doek licht vochtig met een zeepoplossing.
Producthandboek 2CKA002273B9664
Door het inspuiten met reinigingsmiddelen kunnen deze door de spleten in
het apparaat dringen.
–
Spuit geen reinigingsmiddelen direct op het apparaat.
Door agressieve reinigingsmiddelen bestaat het gevaar dat het oppervlak
van het apparaat beschadigd wordt.
–
Gebruik in geen geval bijtende middelen, schurende middelen of
oplosmiddelen.
Onderhoud
│36