8.2. Elektrische aansluiting
Sluit de elektrische kabels aan op de klemblokken op de printplaat. Respecteer de polariteiten + en – en het
maximaal toegestane vermogen (2 W).
Sluit het apparaat aan op de aarde met behulp van de aardaansluitingen die zich aan de binnen- en buitenkant
van het apparaat bevinden.
Basisregel voor bedrading:
• Moet worden gebruikt in aanvulling op lokale regelgeving voor elektrische installatie
• Goedkeuring stekkersleuf:
Correcte bedrading
• De isolatie moet vrij zijn van schade bij de draden in de behuizing
• Het aandraaien moet voldoende zijn om tijdig constant contact te maken zonder overmatig te snijden of de
aansluiting te beschadigen.
8.3. Aansluiting van de bedrading van de spoel
De werking van het instrument wordt ingesteld door de juiste aansluiting van de draden van de spoel.
Directe actie: een verhoging van het signaal resulteert in een verhoging van de uitgangsdruk.
Omgekeerde actie: een toename van het signaal resulteert in een afname van de uitgangsdruk.
Onderstaande afbeelding geeft de aansluiting van de spoeldraden op de printplaat weer.
(*) Kruisdraden boven de balk.
© 2021 Baker Hughes Company. Alle rechten voorbehouden.
Incorrecte bedrading
ATEX-handleiding Masoneilan Modellen 8000 Positioners en Transducers
| 13