Stappen
1. Koppel de ventilatorkabel los van de connector van de ventilatorkabel (FN1) op de systeemkaart.
2. Verwijder de twee schroeven (M2x4) waarmee de ventilator op de palmsteun- en toetsenbordassemblage is bevestigd.
3. Til de ventilator weg van de palmsteun- en toetsenbordeenheid.
De ventilator installeren
Vereisten
Als u een onderdeel vervangt, dient u het bestaande onderdeel te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren.
Over deze taak
De volgende afbeelding geeft de locatie van de ventilator aan en biedt een visuele weergave van de plaatsingsprocedure.
Afbeelding 24. De ventilator installeren
Stappen
1. Plaats de ventilator op de palmsteun- en toetsenbordeenheid.
2. Lijn de schroefgaten op de ventilator uit met de schroefgaten op de palmsteun- en toetsenbordeenheid.
3. Plaats de twee schroeven (M2x4) terug waarmee de ventilator op de palmsteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd.
4. Sluit de ventilatorkabel aan op de connector voor de ventilatorkabel (FN1) op de systeemkaart.
Vervolgstappen
1. Installeer de onderplaat.
2. Volg de procedure in
Nadat u in de computer hebt
gewerkt.
48
CRU's (door de klant zelf te vervangen onderdelen) verwijderen en installeren