GEBRUIK
Bedieningspaneel
1 Wasmiddelhouder en programmakaart
Symbolen en bedieningselementen
LJ
Betekent "voorwas". Linker vakje in wasmiddel-
houder.
lu!J
Betekent "hoofdwas". Middelste vakje in wasmid-
delnouder.
&
Betekent "wasverzachten". Rechter vakje in was-
middelhouder.
@
Het door het IWS goedgekeurde
wolwaspro-
gramma.
Uitsluitend bedoeld voor wol met het
"wolmerk" en de mededeling dat het machinewas-
baar is in het etiket.
Wool moet u direkt na het wassen kort centrifuge-
ren.
2 Kontrolelampje
Het kontrolelampje gaat branden wanneer de machine
in bedrijf is.
ils
3 Toets «half- volle belading» (1/2)
Door het voortijds indrukken van deze toets spoelt de
machine bij de programma's voor katoen en linnen vier
maal in plaats van vijf maal.
Wij adviseren u de toets in te drukken als de trommel
minder dan half vol is.
4 Draaiknop voor temperatuurkeuze
Knop indrukken en links- of rechtsom instellen. U kunt
ook met de temperatuur van het ingekomen leidingwater
wassen, door de knop op « % » in te stellen.
5 Draaiknop voor programmakeuze
aT
De programmaknop drukt u eerst iets in en dan kiest u
rechtsom draaiend het gewenste programma.
Door het uittrekken van de programmaknop schakelt u
de
machine
IN.
Door
het
indrukken
van
de
programmaknop schakelt u de machine UIT.