verzamelbak.
3.
Open de batterijklep en plaats 2 AA-batterijen volgens de aangegeven polariteit. Sluit de
batterijklep.
4. Plaats de behuizing van de regenmeter terug en zorg dat de behuizing goed vast zit.
5.
Houd de knop "CHANNEL/SEARCH" op de hoofdunit 3 seconden ingedrukt. De meting voor de
totale hoeveelheid regen "- - - -" gaat vervolgens knipperen. De hoofdunit zoekt nu naar alle externe
sensoren. Als de meting van de totale hoeveelheid regen (in dit geval "0" mm of inch) binnen 2
minuten verschijnt, is de RF-verzending gelukt en bevinden de hoofdunit en de regenmeter zich
binnen het effectieve zendbereik.
6.
Als de meting voor de totale hoeveelheid regen "- - - - " ophoudt met knipperen en op het display
blijft staan nadat er 2 minuten voor het zoeken zijn verstreken, is de RF-verzending mislukt.
Verklein de afstand tussen de hoofdunit en de regenmeter. Stel de regenmeter opnieuw in door alle
batterijen uit de regenmeter te verwijderen en wacht 10 seconden voordat u de batterijen opnieuw
plaatst. Herhaal vervolgens stap 5 (en 6) tot de RF-verzending is gelukt.
6. De regenmeter monteren
Controleer voordat u de regenmeter monteert of de regenmeter en de hoofdunit zich binnen het
effectieve zendbereik bevinden en voorzien zijn van batterijen.
1. Houd de bodemplaat van de regenmeter plat tegen het montagevlak en controleer met een
waterpas of de regenmeter (terwijl deze op het montagevlak rust) horizontaal waterpas staat.
2. Gebruik een potlood om de montagegaten in de bodemplaat van de regenmeter af te tekenen,
zodat u weet waar de schroeven moeten komen.
3. Boor een gat in het midden van elke afgetekend montagegat en duw de meegeleverde plastic
pluggen in de boorgaten.
4. Plaats de regenmeter op het montagevlak zodat de gaten op de bodemplaat op één lijn liggen met
de pluggen. Draai vervolgens de meegeleverde schroeven in elk gat en gebruik een
schroevendraaier om ze vast te draaien.
7. Extra externe thermo-/hygrosensor(en) installeren
Extra externe thermo-/hygrosensoren zijn apart verkrijgbaar (niet met de verpakking meegeleverd).
1.
Selecteer een locatie voor de externe thermo-/hygrosensor. Deze locatie dient zich binnen het
effectieve zendbereik van 50 meter (164 feet) te bevinden. Verklein de afstand als er obstakels
tussen de hoofdunit en de externe sensor staan.
2.
Gebruik een kleine schroevendraaier om de schroeven op de batterijklep van de externe sensor los
te draaien. Plaats 2 AAA-batterijen volgens de aangegeven polariteit.
3.
Wijs kanaal 2 of 3 aan de externe sensor toe door de schuifschakelaar in het batterijvak in de juiste
stand te zetten. (Kanaal 1 is al in gebruik door de windmeter en mag niet aan een nieuwe externe
thermo-/hygrosensor worden toegewezen.)
4.
Druk op de knop "Tx" in het batterijvak van de externe sensor om de temperatuur- en
(Huidige weer)
(Huidige weer)