Dit formaat is ook bekend als Dolby Digital (3/2) of Dolby Digital 5.1. Het levert
(maximaal) 5.1 uitgangen voor geschikt, gecodeerd Dolby Digital-materiaal,
met 5 hoofdkanalen (linksvoor, rechtsvoor, midden, surround links, surround
rechts) en een kanaal met lage frequenties voor de subwoofer, die allemaal
afzonderlijk gecodeerd zijn. Om Dolby Digital te decoderen, is een Dolby
Digital-gecodeerde dvd nodig, en een digitale verbinding tussen de bron (bijv.
een dvd-speler) en de CXR.
Opmerking: Dolby Digital- en DTS-formaten kunnen soms over minder
kanalen beschikken dan maximaal mogelijk is, bijv. Dolby Digital (2/0), een
gecodeerd Dolby Digital-signaal dat slechts het stereosignaal voor twee
kanalen bevat (de andere kanalen zijn dan niet actief).
Dit formaat is ook bekend als DTS (3/2) of DTS 5.1. Het levert (maximaal)
5.1 uitgangen voor geschikt, gecodeerd DTS-materiaal, met 5 hoofdkanalen
(linksvoor, rechtsvoor, midden, surround links, surround rechts) en een kanaal
met lage frequenties voor de subwoofer. Al deze kanalen zijn afzonderlijk
gecodeerd. Voor het decoderen van DTS is een DTS-gecodeerde schijf nodig,
en een digitale verbinding tussen het bronapparaat en de CXR.
Dit formaat is ook bekend als Dolby Digital (3/3) of Dolby Digital 6.1. Het is
een verbeterde versie van Dolby Digital. Naast de afzonderlijk gecodeerde
5.1 kanalen biedt Dolby Digital EX een extra zesde kanaal (surround achter,
voor 6.1 kanalen in totaal) dat via matrixcodering geïntegreerd is in het
signaal voor de achterluidsprekers, voor een dieper geluidsbeeld en een
robuuster geluid achter de luisteraar. Voor Dolby Digital EX is een schijf met
Dolby Digital EX-codering nodig. Dolby Digital EX is achterwaarts compatibel
met Dolby Digital 5.1-decodering. Als Dolby Digital EX wordt gedecodeerd
als een gewoon Dolby Digital-signaal, wordt het achtersignaal weergegeven
via de luidsprekers links- en rechtsachter (waardoor middenachter een
fantoombron ontstaat). Dit formaat kan ook worden gedecodeerd als een
7.1-signaal, waarbij het gedecodeerde achtersignaal wordt doorgestuurd naar
de luidsprekers links- en rechtsachter (waardoor de twee achterluidsprekers
een monosignaal afgeven).
Dit formaat is ook bekend als DTS (3/3) Matrix. Het is een verbeterde versie
van DTS. Naast de afzonderlijk gecodeerde 5.1-kanalen biedt DTS ES een
extra zesde kanaal (surround achter, voor 6.1 kanalen in totaal) dat via
matrixcodering geïntegreerd is in het signaal voor de achterluidsprekers,
voor een dieper geluidsbeeld en een robuustere weergave achter de
luisteraar. Voor DTS ES is een DTS ES-gecodeerde schijf nodig. DTS
ES-materiaal is achterwaarts compatibel met DTS 5.1-decodering. Als
DTS ES wordt gedecodeerd als een gewoon DTS-signaal, wordt het
achtersignaal weergegeven via de luidsprekers links- en rechtsachter
(waardoor middenachter een fantoombron ontstaat). Dit formaat kan ook
worden gedecodeerd als 7.1-signaal, waarbij het gedecodeerde achtersignaal
wordt doorgestuurd naar de luidsprekers links- en rechtsachter (waardoor de
twee achterluidsprekers een monosignaal afgeven).
Dit formaat is een geavanceerde variant van DTS die ook wel DTS (3/3)
Discrete of DTS ES Discrete 6.1 wordt genoemd. Ook DTS ES Discrete
biedt een extra kanaal (achterkanaal) voor een dieper geluidsbeeld en een
robuustere weergave achter de luisteraar, maar in dit geval bevat de bitstream
extra gegevens, zodat alle kanalen afzonderlijk gecodeerd worden. De
achterluidspreker van het surroundsysteem heeft een betere scheiding van de
andere kanalen dan mogelijk zou zijn met matrixgecodeerde technologieën.
Voor DTS-ES Discrete is een DTS-ES Discrete-gecodeerde schijf nodig.
DTS ES Discrete is achterwaarts compatibel met DTS 5.1- en DTS ES Matrix
6.1-decodering. Als DTS ES Discrete wordt gedecodeerd als een gewoon
DTS-signaal, wordt het achtersignaal weergegeven via de luidsprekers links-
en rechtsachter (waardoor middenachter een fantoombron ontstaat). Als DTS
ES Discrete gedecodeerd wordt met DTS ES Matrix, wordt het achtersignaal
afzonderlijk gedecodeerd (d.w.z. als 6.1) door een matrixprocedure, wat
resulteert in dezelfde kanaalscheiding als bij een bronschijf met echte DTS ES
Matrix-codering (maar niet zo goed als DTS EX Discrete).
Dit formaat kan ook worden gedecodeerd als een 7.1-signaal, waarbij het
gedecodeerde achtersignaal wordt doorgestuurd naar de luidsprekers links-
en rechtsachter (waardoor de twee achterluidsprekers een monosignaal
afgeven).
Dolby Pro Logic II, de vervanger van het oorspronkelijke Dolby Pro Logic,
is een techniek waarbij vijf kanalen (linksvoor, rechtsvoor, midden, surround
links, surround rechts) via een analoog matrixproces worden gecodeerd
naar een stereomix. Dolby Pro Logic II-materiaal kan worden afgespeeld op
normale stereo-apparatuur (in stereo) of worden gedecodeerd naar 5-kanaals
surroundgeluid.
86
Dolby Pro Logic II is compatibel met het eerdere 4-kanaals Dolby ProLogic-
systeem (links, midden, rechts en mono-surround - de tegenhanger van Dolby
Surround-codering) dat vaak wordt gebruikt bij videobanden, tv-uitzendingen
en oudere films.
Opmerking: Dolby Pro Logic heeft geen lage-frequentiekanaal voor de
subwoofer, maar het Bass Management van de CXR kan een signaal creëren
voor de subwoofer (voor een 5.1-systeem). Meer informatie kunt u vinden in
het onderdeel 'Luidsprekers instellen' van deze gebruiksaanwijzing.
Een nieuwere versie van Dolby Pro Logic II, die 7 discrete surroundkanalen
kan weergeven op basis van stereomateriaal met de juiste codering. Dolby
Pro Logic IIx heeft ook modi om stereomateriaal of 5.1-materiaal te verwerken
tot 7 kanalen, al dan niet met Pro Logic IIx-codering. Wanneer 5.1-decodering
nodig is, zal de CXR altijd Dolby Prologic II gebruiken in plaats van Dolby
Pro Logic IIx, omdat IIx alleen werkt bij een uitgangssignaal voor 7 kanalen.
Opmerking: Dolby Pro Logic IIx heeft geen lage-frequentiekanaal voor de
subwoofer, maar het Bass Management van de CXR kan een signaal creëren
voor de subwoofer (voor een 7.1-systeem). Meer informatie kunt u vinden in
het onderdeel 'Luidsprekers instellen' van deze gebruiksaanwijzing.
Een nieuwe matrixtechnologie van Dolby die aanvullende hoogtekanalen
boven de linker- en rechtervoorluidsprekers aanstuurt. Dolby Pro Logic IIz
herkent ruimtelijke informatie die ontstaat bij de meeste content, maar ook
omgevingsgeluiden en amorfe effecten zoals regen en wind, en stuurt deze
door naar de hoogteluidsprekers.
De producenten van films en games kunnen ook speciale hoogtekanalen
opnemen in een tweekanaals, een 5.1-kanaals of een 7.1-kanaals soundtrack
die vervolgens gedecodeerd worden door Dolby Pro Logic IIz.
Als u Dolby Pro Logic IIz wilt gebruiken, moet u de CXR instellen in de modus
5.1 + Height, twee luidsprekers aansluiten op de SBL- en SBR-uitgangen
en deze plaatsen boven de luidsprekers links- en rechtsvoor. Selecteer
vervolgens post-processing door Dolby Pro Logic IIz. Zie verderop.
Een DTS-technologie die 6-kanaals surroundgeluid (linksvoor, rechtsvoor,
midden, surround links, surround rechts, surround achter) kan weergeven
vanaf geschikt analoog, matrixgecodeerd stereo-bronmateriaal. DTS
Neo:6 kan worden afgespeeld op normale stereoapparatuur (in stereo) of
gedecodeerd worden als 7.1, waarbij het gedecodeerde achtersignaal wordt
doorgestuurd naar de luidsprekers links- en rechtsachter (waardoor de twee
achterluidsprekers een monosignaal afgeven).
Opmerking: Neo:6 heeft geen lage-frequentiekanaal voor de subwoofer,
maar het Bass Management van de CXR kan een signaal creëren voor de
subwoofer. Meer informatie kunt u vinden in het onderdeel 'Luidsprekers
instellen' van deze gebruiksaanwijzing.
Een DTS-technologie die 5.1 audiokanalen met een resolutie van 96kHz/24-
bit levert (indien gewenst met video) voor dvd-schijven met audio of video
(indien correct gecodeerd in DTS 96/24). Dvd-spelers die een digitale DTS-
uitgang hebben, sturen de DTS 96/24-bitstream via S/PDIF of HDMI, zodat
deze gedecodeerd kan worden in de CXR.
DSP-modi
Stereo/Stereo + Sub
Met deze modi kunt u kiezen tussen een conventionele stereo-installatie
met een linker- en rechterluidspreker, of voor stereoluidsprekers met een
subwoofer.
Direct
De analoge en digitale signalen slaan eventuele DSP, regeling van bass/treble
en multichannel post-processing over.
Alle kanalen
Er wordt een stereo-ingang toegewezen aan alle luidsprekers, waardoor
de linkerluidsprekers het linkerstereokanaal en de rechterluidsprekers
het rechterstereosignaal ontvangen. De middenluidspreker en subwoofer
ontvangen een monosignaal.