SMA Solar Technology AG
4 Montage
4.1 Montagelocatie kiezen
• De omgevingstemperatuursensor mag niet met de
draadverbinding omhoog worden gemonteerd om
een waterstand op de kabelschroefverbinding te
verhinderen.
• Bescherm de omgevingstemperatuursensor tegen
sterke verontreiniging en spatwater.
• Raadpleeg de afbeelding hiernaast voor de
aanbevolen uitlijning van de
omgevingstemperatuursensor.
• Kies een montageplaats die zich de hele dag in de
schaduw bevindt.
• Let erop dat zich op de montageplaats geen warmte
kan ophopen.
•
Houd rekening met de maximale kabellengte van 30 m.
4.2 Omgevingstemperatuursensor monteren
1. Vier schroeven aan de behuizing van de omgevingstemperatuursensor losdraaien en deksel
verwijderen.
2. Montagelocatie bepalen en markeren. Houd daarbij rekening met de montageruimte
(zie afbeelding).
3. Behuizing van de omgevingstemperatuursensor bevestigen met de bijgeleverde schroeven.
☑ De omgevingstemperatuursensor is gemonteerd.
Installatiehandleiding
TempsensorAmb-INL110610
Montage
7