Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

BAC PCE Handleiding pagina 24

Inhoudsopgave

Advertenties

Uitlijning aandrijving
Een juiste uitlijning van de aandrijving garandeert een optimale levensduur van de riem. Controleer de uitlijning
op standaardaandrijvingen na correcte riemaanspanning door tussen beide riemschijven een waterpas te
plaatsen zoals aangegeven op de onderstaande figuur.
Riemschijfuitlijning op standaardaandrijvingen
1. Motorriemschijf
2. Ventilatorriemschijf
3. Raakpunten
Wanneer de aandrijvingen juist zijn uitgelijnd, raakt de waterpas alle vier punten zoals aangegeven. De
afwijking van de vier contactpunten mag niet meer dan 1,5 mm bedragen. Als opnieuw afstellen noodzakelijk is,
maak de motorschijf dan los en lijn deze uit met de ventilatorschijf. Houd voor het naar boven trekken een
speling aan van bij benadering 6 mm wanneer de doorvoerschroef opnieuw wordt aangedraaid.
Sluitring
De excentrische sluitring van het lager op de aandrijfzijde garandeert dat de binnenste lagerloopring nauw
aanligt op de ventilatoras. Ga als volgt te werk om de sluitringen in te stellen: (zie onderstaande figuur).
1. Stop de ventilator(en) en verwijder de zijpanelen.
2. Draai de stelschroef los.
3. Sla de sluitring (in de bestaande opening) met een centreerpen tangentiaal op de draairichting terwijl u de as
vasthoudt.
4. Zet de schroef weer vast.
5. Sluit het toegangsluik van het toestel en start de pomp(en) en de ventilator(en).
Sluitringsamenbouw
1. Sluitring
2. Smeernippel
3. Schroefgat
ROTATIE VENTILATOR(EN) EN POMP(EN)
Ventilatoren moeten ongehinderd kunnen draaien en de beide ventilatoren en pompen moeten in de juiste
richting draaien. De draairichting is met pijlen aangeduid, Controleer de juiste werking als volgt:
1. Stop de ventilator(en) en de pomp(en).
2. Draai de ventilator met de hand om te controleren of deze ongehinderd draait. Verwijder eventueel
aanwezige obstakels.
24
W W W . B A L T I M O R E A I R C O I L . E U

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave