Gebruik van batterijen
1.
Verwijder het deksel van het batterijcompartiment op de achterkant van het apparaat
door het deksel omlaag te schuiven. Open de deur van het batterijcompartiment
Opmerking:
Controleer de stand van de NiMH/Alkaline-schakelaar voordat u batterijen plaatst. Als
u niet-oplaadbare batterijen gebruikt, moet u er voordat u de batterijen plaatst voor
zorgen dat de NiMH/Alkaline-schakelaar in het batterijvak in de stand Alkaline staat. Als
u oplaadbare batterijen gebruikt, zorg er dan voor dat de NiMH/Alkaline-schakelaar in
de stand NiMH staat.
2. Plaats twee LR6 (maat AA) batterijen in het batterijvak. Zorg ervoor dat de batterijen in
overeenstemming met het getoonde diagram worden geplaatst. Sluit het deksel van het
batterijvak.
3.
Als de capaciteit van de batterijen onder een bepaald niveau zakt, dan zal de batterij-
bijna-leeg-indicator oplichten. Als u deze indicator ziet, dan moet u de batterijen op een
gelegen moment vervangen. Afname van vermogen, vervorming en een "stotterend
geluid" zijn ook signalen dat de batterijen mogelijk moeten worden vervangen.
4.
Als de radio voor een langere periode niet wordt gebruikt, dan wordt aangeraden om
de batterijen uit de radio te verwijderen.
De batterijen opladen
Zorg ervoor dat de radio is uitgeschakeld en is aangesloten op de voedingsbron.
Als de batterijoplaadindicator groen knippert, geeft dit aan dat de batterijen worden
opgeladen. Het volledig opladen van de batterijen neemt ongeveer 3-5 uur in beslag. De
batterijoplaadindicator brandt continu groen als het oplaadproces is voltooid.
Opmerking:
De duur van het volledig opladen van uw batterijen kan variëren, afhankelijk van de mAh-
capaciteit van de batterijen. Batterijen met een hogere mAh-capaciteit moeten langer
worden opgeladen.
65