Handleiding
5.2. STANDAARDGASKALIBRATIE
Sluit de kalibratieadapter aan op de PDM en op een gascilinder met een concentratie die overeenkomt
met de kalibratiegasconcentratie. Zie 3.1. Weergavemodus om de kalibratiegasconcentratie te
controleren.
Houd de toets gedurende 5 seconden ingedrukt om naar de kalibratiemodus te gaan. ( ),
en "CAL" worden getoond in het display. Houd de
standaardgaskalibratie te gaan.
Start de flow van de gascilinder door de regelaar te openen. Houd de toets op de PDM nogmaals 3
seconden ingedrukt om de standaardgaskalibratie te starten. Wanneer de kalibratie is gestart, telt de
PDM af tot nul. De benodigde tijd verschilt per sensor.
Controleer na kalibratie altijd de sensorreactie en alarmfunctionaliteit voordat u de detector
gebruikt door een bekende gasconcentratie uit een andere gasfles toe te passen.
5.3. TERUGKEREN NAAR DE DETECTIEMODUS
Door een toetsdruk
van een seconde wisselt u in de kalibratiemodus tussen de schermen
frisseluchtkalibratie, standaardgaskalibratie en ESC (escape). Houd bij ESC de toets gedurende 3
seconden ingedrukt om terug te keren naar de detectiemodus
Single Gas Detector PDM
toets een seconde ingedrukt om naar de
Wanneer voltooid verschijnt
seconden keert de PDM terug naar de detectimodus.
Als de kalibratie mislukt, verschijnt
Controleer dat de gascilinder niet leeg is en dat de
houdbaarheidsdatum niet is overschreden. Zorg er ook voor
dat er geen verontreinigingen in de sensoropening zitten en
probeer opnieuw. Neem contact op met WatchGas wanneer de
standaardgaskalibratie herhaaldelijk mislukt.
Waarschuwing
11
D e t e c t i o n
D e t e c t i o n
op het scherm. Na een paar
op het scherm.