Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Werking
De apparaten kunnen in
de overeenkomstige bedrijfsmodi
worden gebruikt voor
de verwarming van de lucht resp.
de luchtcirculatie.
De apparaten kunnen uitsluitend in
2 verwarmingsniveaus (2,2 of 3,2
kW) worden gebruikt.
Ze beschikken over een 3-traps
bedrijfsmodus met de functies;
Verwarmen (I) 2,2 kW
Uit (0)
Verwarmen (II) 3,2 kW
Om een constante
kamertemperatuur te kunnen
waarborgen, moet het apparaat
worden voorzien van een
ingebouwde kamerthermostaat.
De thermostaat schakelt na het
bereiken van de geselecteerde
temperatuur de verwarmingsmodus
uit en bij het onderschrijden van
de geselecteerde temperatuur weer in.
De ingebouwde
temperatuurbegrenzer schakelt het
apparaat bij niet-toegestane hoge
temperaturen uit en na afkoeling
automatisch weer in.
LET OP
!
Na het uitschakelen van de apparaten
middels de keuzeschakelaar of
door de kamerthermostaten loopt
de toevoerventilator voor de afkoeling
van de verwarmingsweerstanden een
bepaalde tijd na en schakelt deze
zelfstandig uit.
OPMERKING
Voor een optimaal gebruik mogen
de apparaten niet worden gebruikt
bij een omgevingstemperatuur
die hoger is dan 25 °C.

Ingebruikname

Met de bediening en bewaking
van de apparaten moet een
persoon worden belast die
voldoende is geïnstrueerd over
de overeenkomstige omgang met
het apparaat.
1. De netspanning op overeenstemming
met de apparaatspanning
230V/1~/50 Hz controleren
2. De keuzeschakelaar
in stand "0" zetten.
3. De stekker van het
apparaat aansluiten
op een reglementair
geïnstalleerde
contactdoos.
OPMERKING
De elektrische aansluiting
van de apparaten moet
op een aansluitpunt met
aardlekschakelaar volgens
VDE 0100, deel 55 geschieden.
LET OP
!
Verlengingen van de aansluitkabel
mogen alleen worden uitgevoerd
door geautoriseerd elektrotechnisch
vakpersoneel, waarbij gelet moet
worden op het opgenomen vermogen
van het apparaat en de kabellengte
en waarbij rekening moet worden
gehouden met het gebruik ter plaatse.
LET OP
!
Alle kabelverlengingen mogen
alleen in uit- resp. afgerolde
toestand worden gebruikt.
Verwarmen
Het apparaat werkt volledig
automatisch en is afhankelijk van de op
de thermostaat ingestelde temperatuur.
1. De gewenste
kamertemperatuur
op de thermostaat
instellen.
2. De eindschakelaar in
de gewenste positie brengen.
Verwarmen 1e niveau; 2,2 kW
Uit
Verwarmen 2e niveau; 3,2 kW
LET OP
!
Voor deze apparaten is geen
afzonderlijke ventilatiefunctie
beschikbaar.
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave