16.0 Gebruikstips
16.1 Voorbeelden van zaagbladkeuze
⇒ Zie tabel op de berschermplaat die aan de zijkant van
de machine is bevestigd.
Belangrijk:
Bot geworden zaagbladen moeten direct vervangen
worden door nieuwe bladen. Dat geldt in het bijzonder
voor metaal. De volle capaciteit en precisie wordt alleen
verkregen als gebruik gemaakt wordt van de door ons
aanbevolen kwaliteitszaagblaadjes.
Nuttige aanwijzingen:
Wil men uit oogpunt van bezuiniging een bot geworden
zaagblad bijvoorbeeld voor metaal langer gebruiken,
kan men op de zaagtafel van de machine een ongeveer
20 mm. dikke gladde plaat met dubbelzijdig kleefband
bevestigen en op deze plaat verder zagen. Door de op-
hoging van het zaagblad volledig benut worden.
Werken met kunststoffen:
Om te voorkomen dat tijdens het zagen, het materiaal
weer samensmelt kan men de zaaglijn afplakken met
Tesa-film o.i.d.
16.2 Aanvoerdruk
De op het werkstuk uitgeoefende aanvoerdruk moet al-
tijd schuin van boven naar onderen gericht zijn, want an-
ders gaat het werkstuk klapperen. Sommige werkstuk-
ken vragen een krachtige aanvoerdruk.
16.3 Aanslag
In het algemeen wordt bij het zagen met figuurzaagjes
geen aanslag gebruikt.
De figuurzaagjes wijken van de zaaglijn af als het werk-
stuk dwangmatig gestuurd wordt.
Voor nauwkeurig zagen is nodig:
- een scherp zaagblad
- dunne duidelijke aftekeningen
- goed en gericht licht
16.4 Recht zagen
• Houdt het werkstuk altijd ongeveer 1 tot 5° schuin ten
opzichte van de lijn. (De hoek is afhankelijk van het ma-
teriaal, het type zaagblad en de zaagbladspanning).
16.5 Aanwijzingen voor het zagen van metaal
• Ontbraam eerst het uit te zagen metaal, daarna het
materiaal rondom vlakken. Het werkstuk moet nl. vlak
zijn en zonder hobbels om het klapperen op de zaag-
tafel te voorkomen.
Plak dunne en kleine werkstukken op een stukje triplex
of iets dergelijks van ca. 5 mm. dikte met bv. dubbel-
zijdig kleefband, contactlijm of klemmen tussen 2 stuk-
jes triplex.
• Zaag het werkstuk samen uit en kies hiervoor een niet
te grof zaagblad.
• Gebruik voor:
- Zachte NE-Metalen.
- Aluminium (Blik)
- Zacht koper (Blik)
- Zacht messing (Blik)
Het zaagblad voor hout nr. 1 tot nr. 5 eventueel ook de
metaalzaagbladen nr. 5 of nr. 9.
• Smeer voor het zagen, de zaaglijn in met snijolie of
smeerolie.
• Gebruik voor:
- Harde NE-Metalen
- Duraluminium (Blik)
- Hardkoper (Blik)
- Ijzer (Blik)
het metaalzaagblad nr. 1, 5, 9 of 12
• Smeer voor het zagen, de zaaglijn in met snijolie of
snijpasta.
Ondanks het gebruik van zaagblaadjes van de beste
kwaliteit veroorzaakt staal al naargelang de hardheid
een hogere slijtage van de zaagblaadjes.
17.0 Kiezen van toerental
(alleen bij motoren met elektronische toeren regeling)
• In het algemeen worden lagere toerentallen gebruikt
als de nauwkeurigheid, voering van het zaagblad of
de houdbaarheid van het zaagblad belangrijk zijn. Ho-
gere toerentallen worden in het algemeen gebruikt
voor verhoogde capaciteit en kortere zaagtijd.
• Dunne en breekbare materialen laten zich bij lagere toe-
rentallen makkelijker bewerken.
• Extra dikke materialen of kunststoffen laten zich bij ge-
middelde of lagere toerentallen makkelijker bewerken.
12