Inhoudsopgave
Advertenties
Methode 2 Toevoegen via gateway
1. Druk één keer op de functietoets van de gateway om de gateway in de modus voor het toevoegen van apparaten te zet-
ten, waarna de ledring langzaam wit knippert.
2. Houd de knop van de rookmelder 5 seconden ingedrukt om de rookmelder in de netwerkconfiguratiemodus te zetten,
waarna het led-indicatorlampje snel knippert.
3. Er klinkt een stemprompt om u eraan te herinneren dat de rookmelder automatisch aan de gateway is toegevoegd. U kunt
ook de toegevoegde rookmelder in de EZVIZ-app bekijken.
• Als het led-indicatielampje 3 minuten snel groen knippert, betekent dit dat de rookmelder niet aan de gateway kan worden toegevoegd.
Herhaal in dat geval normaal de bovenstaande stappen.
• Als u de rookmelder wilt verwijderen, kies dan een van de volgende methoden om de koppeling tussen de rookmelder en de gateway op te
heffen:
- open de gegevenspagina van de rookmelder in de EZVIZ-app en verwijder vervolgens de rookmelder.
- Houd de knop van de rookmelder 5 seconden ingedrukt om de rookmelder te resetten en verwijder vervolgens de rookmelder van de
gateway.
Geschikte locatie selecteren
Installatiewaarschuwingen
• Volg voor de installatie van uw rookmelder strikt de installatievoorschriften in de handleiding.
• Om gevaren te voorkomen, dient u de rookmelder stevig te bevestigen wanneer u deze op muren of plafonds installeert.
• Zorg ervoor dat alle onderdelen, inclusief de rookmelder in de verpakking, in goede staat verkeren.
• Wanneer de lengte van de installatielocatie (zoals het plafond) langer is dan 10 meter, moeten er meerdere rookmelders
geïnstalleerd worden.
• Installeer de rookmelder nadat u uw binnenhuisdecoratie heeft voltooid, uit vrees dat de rookmelder door de omgeving wordt
vervuild.
• De installatieparameters zijn onderworpen aan EN 14604:2005/AC:2008.
• Installeer de rookmelder niet op de volgende locaties:
Vochtige ruimtes zoals keukens, wasruimten, badkamers.
Locaties met hoge temperaturen en welke vervuilingsgevoelig zijn, zoals kachels;
Strenge convectielocaties zoals airconditioners, ventilatoren, verwarmingsopeningen.
Schuilkelders.
Stoffige, vieze locaties of locaties met veel insecten.
Locaties met minder dan 1,5 meter afstand rondom de rookmelder.
Ruimten met dode lucht zoals zolders en hoeken in ruimten.
1� Voor plat dak
De rookmelder moet minimaal 500 mm van een muur verwijderd zijn.
500 mm
Verboden zone
Optimaal
Installatielocatie
Geschikt
Installatielocatie
500 mm
Verboden zone
4
Advertenties
Inhoudsopgave
