Inhoudsopgave
Advertenties
7.
GEBRUIKERSINSTRUCTIES
AUTOMATISCHE WERKING
Sluit de stroomvoorziening aan, het in-bedrijflampje knippert.
1
Druk op de MODE-knop, selecteer "AUTO".
2
Druk op de knoppen "▲" en "▼" om de gewenste temperatuur in te stellen tussen
17°C (62°F) ~ 30°C (88°F);
3
Druk op de ON/OFF-knop, het in-bedrijflampje is aan, de airconditioner werkt in de
auto-stand, de ventilator is automatisch en kan niet worden veranderd. Op het LCDscherm
wordt AUTO getoond. Door nogmaals op de ON/OFF-knop te drukken om deze stand te
verlaten.
4
De economische werking functioneert in de auto-stand.
KOELING/VERWARMING/VENTILATOR
1
Druk op de MODE-knop, selecteer KOELEN, VERWARMEN of ALLEEN
VENTILATOR.
2
Druk op de TEMP-knop om de temperatuur in te stellen.
3
Druk op de FAN SPEED-knop om hoog/medium/laag/auto te selecteren.
4
Druk op de ON/OFF-knop, als het in-bedrijflampje aan gaat werkt het toestel in de
geselecteerde stand. Druk nogmaals op de ON/OFF-knop te drukken om deze stand te
verlaten.
Opmerking: In de ventilatorstand kan er geen temperatuur worden ingesteld.
DROGENSTAND
1
Druk op de MODE-knop, selecteer "DROGEN"-stand.
2
Druk op de bijstellingsknop om de temperatuur in te stellen.
3
Druk op de ON/OFF-knop, als het in-bedrijflampje aan gaat werkt het toestel in de
drogenstand. Door nogmaals op de ON/OFF-knop te drukken om deze stand te verlaten.
4
In de drogenstand zijn de economische werking en de ventilatorsnelheid niet van
toepassing.
8
Advertenties
Inhoudsopgave
