Probleem
Radiozenders kunnen niet automatisch worden
geselecteerd.
AM-radiozenders kunnen niet worden ingesteld
als voorkeurzender.
USB en netwerk
Probleem
Het toestel detecteert het USB-apparaat niet.
Mappen en bestanden op het USB-apparaat
kunnen niet worden weergegeven.
De netwerkfunctie werkt niet.
Het toestel kan geen verbinding maken met het
internet via een draadloze router (toegangspunt).
Draadloze netwerk is niet gevonden.
Oorzaak
U bevindt zich te ver van de zender van de FM-zender.
Het AM-radiosignaal is zwak.
Auto Preset is gebruikt.
Oorzaak
Het USB-apparaat is niet goed aangesloten op de
USB-aansluiting.
Het bestandssysteem van het USB-apparaat is niet FAT16 of
FAT32.
De gegevens op het USB-apparaat zijn beveiligd met de codering. Gebruik een USB-apparaat zonder coderingsfunctie.
De netwerkparameters (IP-adres enz.) zijn niet correct verkregen.
De draadloze router (toegangspunt) is uitgeschakeld.
Het toestel en de draadloze router (toegangspunt) staan te ver uit
elkaar.
Er is een obstakel tussen het toestel en de draadloze router
(toegangspunt).
Magnetronovens of andere draadloze apparaten in uw omgeving
kunnen de draadloze communicatie verstoren.
De toegang tot het netwerk wordt beperkt door de
firewallinstellingen van de draadloze router (toegangspunt).
Oplossing
Selecteer de zender handmatig (p. 57).
Gebruik een buitenantenne. Wij raden het gebruik aan van een gevoelige
multi-element antenne.
Stem de richting af van de AM-antenne.
Selecteer de zender handmatig (p. 57).
Gebruik een AM-buitenantenne. Sluit deze samen met de meegeleverde
AM-antenne aan op de ANTENNA (AM)-aansluiting.
Auto Preset dient alleen voor het registreren van FM-radiozenders. U moet
AM-radiozenders handmatig instellen (p. 58).
Oplossing
Zet het toestel uit, sluit het USB-apparaat opnieuw aan en zet het toestel weer
aan.
Gebruik een USB-apparaat met de FAT16- of FAT32-indeling.
Schakel de DHCP-serverfunctie in op uw router en stel "DHCP" in het menu
"Setup" in op "On" op het toestel (p. 107). Als u de netwerkparameters handmatig
wilt configureren, gebruik dan een IP-adres dat niet wordt gebruikt door andere
netwerkapparaten in het netwerk (p. 107).
Schakel de draadloze router in.
Plaats het toestel en de draadloze router (toegangspunt) dichter bij elkaar.
Verplaats het toestel en de draadloze router (toegangspunt) naar een locatie
waar er geen obstakels tussen ze zijn.
Zet deze apparaten uit.
Controleer de firewallinstelling van de draadloze router (toegangspunt).
APPENDIX ➤ Problemen oplossen
123
Nl