Onderhoud, opslag en transport
8. Onderhoud, opslag en transport
8.1 Reiniging
∙
Vuil met een zachte, vochtige doek afnemen.
∙
Uitgangsopeningen van de laser regelmatig controleren en zo
nodig grondig schoonmaken. Glas niet met de vingers aanraken.
∙
Geen agressieve schoonmaak- of oplosmiddelen gebruiken.
∙
Het apparaat niet in water onderdompelen!
∙
Vervuilde en natte apparaten, accessoires en transportverpakkin-
gen vóór het opbergen schoonmaken en drogen. Apparatuur pas
weer inpakken als zij volledig droog is.
∙
Houd steekverbindingen schoon. Beschermen ze tegen vocht.
8.2 Opslaan
8.2.1 Algemeen
∙
Opslag van de apparatuur uitsluitend binnen de toegestane tem-
peratuurgrenswaarden (zie hoofdstuk 4/Technische gegevens).
∙
Na opslag voor langere tijd vóór het gebruik de nauwkeurigheid
van het meetapparaat controleren.
8.2.2 Batterijen/accu's
∙
Neem batterijen en accu's uit een apparaat dat u wilt opslaan.
Opslag zo mogelijk op kamertemperatuur en in een droge
omgeving (zie hoofdstuk 4/Technische gegevens).
∙
Beschermen tegen vloeistoffen en vocht.
Natte of vochtige accu's dienen vóór de
opslag of het gebruik te worden gedroogd.
NL
18