OPSLAG EN TRANSPORT
Het apparaat mag alleen in de oorspronkelijke verpakking worden vervoerd bij een temperatuur
tussen (-) 20 °C en (+) 50 °C. Bewaar het apparaat in een goed geventileerde ruimte met een relatieve
vochtigheid van maximaal 75%. Bedrijfstemperatuur van (+) 10 °C tot (+) 40 °C. Tijdens opslag en
transport mag het apparaat niet worden gegooid of vallen en mag het niet worden blootgesteld aan
mechanische schokken of atmosferische invloeden.