Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Recognise"-Toestand: Eenmalig Activeren Van De Transponder - Simons Voss Technologies Q 3007/2 Handboek

Inhoudsopgave

Advertenties

Pagina 8
2.6

"Recognise"-toestand: eenmalig activeren van de transponder

De zogenaamde recognise-toestand is de normale bedientoestand van de Q 3007.
Dat houdt in dat een persoon, van wie de vingers aangeleerd
transpondersignaal kan activeren om bijv. een deur met een digitale sluitcilinder te
openen of om de transponder binnen een sluitplan te programmeren.
Hiertoe gaat u a.u.b. als volgt te werk:
1. Druk kortstondig (ca. 0,5 sec.) op de toets van de Q 3007. Vervolgens knippert de
LED groen.
2. Schuif nu uw aangeleerde vinger over de sensor: let erop dat hij hierbij dezelfde
positie heeft als tijdens het aanleren.
3. Als de poging tot succesvolle herkenning leidde, brandt de LED groen en de
transponder wordt geactiveerd.
Brandt de LED rood , dan was de poging tot herkenning zonder succes. U kunt nu
nog drie nieuwe pogingen ondernemen. Als deze niet succesvol zijn, schakelt de Q
3007 automatisch terug in de stand-by–toestand.
Let a.u.b. op het volgende:
Het kan af en toe voorkomen dat de Q 3007 uw vinger niet herkent, hoewel hij op
de juiste manier aangeleerd werd.
Als de vinger door eenmalig rood knipperen afgewezen wordt, dan was de
kwaliteit van het vingerspoorniet voldoende. Oorzaak kan bijv. zijn dat uw vinger
niet op de juiste manier over de sensor werd geschoven (te snel, niet in een
rechte lijn of niet gelijkmatig) of dat het oppervlak van de sensor vuil is. Als een
vinger te droog is, kan het gebeuren dat hij over de sensor "hotst". Herhaal dan
a.u.b. uw registratiepoging of maak de vinger eventueel vooraf vochtig door er
op te blazen o.i.d. Met een beetje oefenen heeft u het "trucje" snel onder de knie.
Als de kenmerken van uw vinger met geen enkele van de aangeleerde vingers
overeenkomen, licht de diode twee keer rood op. Dan heeft u misschien toch
onopzettelijk een niet aangeleerde vinger gepresenteerd. Of u heeft deze vinger
bij het aanleren volstrekt anders over de sensor geschoven (bijv. verdraaid of
met meer of minder oppervlakte van de vingertop).
Tip:
Niet elke vinger van een persoon wordt even goed herkend. Als u met een bepaalde
vinger vaak niet herkend wordt, dan leert u best een andere vinger aan.
Handboek – Q 3007/2- Biometrietransponder
zijn,
een

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave