Onderhoudswerkzaamheden uitvoeren
!
VOORZICHTIG
11
-
Controleer of de pomp indicator verpompt.
-
Controleer of er lucht in de slangen zit.
-
Controleer of de roerkern draait.
-
Stuur het apparaat op ter reparatie, wanneer meerdere
afstelpogingen mislukken en geen van de bovengenoemde
storingen kan worden vastgesteld.
Indicatorleidingen ontluchten
Let op bij onderhoudsmaatregelen
Waterlekkage bij de afdichtingen kan tot beschadiging van
apparaatcomponenten leiden!
Voer voor de eerste analyse een dichtheidsproef uit:
Schakel het apparaat daarvoor in de Stand-by-modus.
Spoel het leidingsysteem door kort indrukken van de toets 2
(spoelen).
Controleer alle aansluitingen en afdichtingspunten op lekkage.
De aanzuig- en transportslang van de pomp moeten tot aan de
meetkamer met indicator gevuld zijn, zodat de indicator voor de
eerste analyses beschikbaar is.
Schakel het apparaat in en druk op toets 3 (stand-by). Door een
korte druk op de toets wordt de Stand-by-functie in- of
uitgeschakeld. Als de functie actief is, knippert de LED boven de
toets.
Voor het ontluchten moet u toets 1 (hand) indrukken met een
lange toetsdruk (ca. 2 seconden). De doseerpomp begint te lopen.
Laat de pomp net zolang lopen tot er geen luchtbellen meer uit de
doseernaald komen. Dan drukt u nog eenmaal op toets 1 (hand)
voor ca. 2 seconden om de pomp uit te schakelen.
Bij het lopende bedrijf zuigt de pomp dan automatisch de indicator
aan.