G E B R U I K
Iemand bellen
Om iemand te laten weten dat u
belt, doet u het volgende:
1. Druk eenmaal op de CALL-
knop. De andere persoon hoort
een belsignaal van twee
seconden. U kunt niet zenden of
ontvangen terwijl het belsignaal van twee seconden klinkt.
Met iemand praten
1. Druk op de TALK-knop en
houd hem ingedrukt.
2. Houd de microfoon ongeveer
vijf centimeter van uw mond en
spreek met normale stem.
3. Laat de knop los als u klaar
bent met spreken en luister of
er een antwoord komt. U kunt
geen binnenkomende
gesprekken ontvangen als u de
TALK-knop ingedrukt houdt.
Bevestigingspieptoon
De persoon aan de andere kant hoort een pieptoon als u de TALK-
knop loslaat. Zo weet hij/zij dat u klaar bent met spreken en dat
hij/zij nu kan spreken. (NB: U kunt de bevestigingspieptoon aan-
of uitzetten. Zie 'Geavanceerde functies'.)
Luisteren naar een antwoord
Als u klaar bent met spreken, doet u het volgende:
1. Laat de TALK-knop los om binnenkomende transmissies te
ontvangen. De microTALK
®
staat altijd stand-by tenzij er op de
TALK-, CALL- of MODE-knop wordt gedrukt.
2. Regel de geluidssterkte door de aan-uit/volumeknop te
draaien.
Bereik van de microTALK
De microTALK
zendontvanger heeft een bereik van maximaal
®
3 km. Het bereik varieert afhankelijk van het terrein en de
omstandigheden. In een vlak, open landschap werkt de
zendontvanger met het maximale bereik. Gebouwen en bomen in
de baan van het signaal kunnen het bereik verkleinen. Dichte
bebossing en heuvelachtig terrein zullen de signaalafstand nog
verder verkleinen.
CALL-
knop
TALK-
knop
®
Automatische ruisblokkering
De microTALK
®
zendontvanger heeft een automatische
ruisblokkeerfunctie die zwakke transmissies en ongewenste ruis
vanwege de terreinsituatie of als u het maximale zendbereik
bereikt hebt, automatisch uitschakelt.
Maximumbereikvergroter
U kunt de ruisblokkeerfunctie tijdelijk uitschakelen zodat alle
signalen ontvangen worden, wat het maximumbereik van de
zendontvanger vergroot:
1. Houd de licht/bereikknop vijf
seconden ingedrukt. U hoort
twee pieptonen om aan te geven
dat de maximumbereikvergroter
is ingeschakeld.
2. Om de maximumbereikvergroter uit te schakelen, houdt u de
licht/bereikknop een seconde ingedrukt of verandert u van kanaal.
De vergrendelingsfunctie gebruiken
De vergrendelingsfunctie vergrendelt de kanaalselectieknop, de
MODE- en de ENTER-knop om te voorkomen dat ze per ongeluk
ingedrukt worden. Zo gebruikt u de vergrendelingsfunctie:
1. Druk op de LOCK-knop terwijl de zendontvanger stand-by staat
en houd hem een seconde ingedrukt. Wanneer het apparaat
vergrendeld is, knippert het hangslotpictogram. De knoppen die
NIET vergrendeld zijn, zijn de CALL-knop, de licht/bereikknop en
de TALK-knop: u kunt deze knoppen blijven gebruiken terwijl de
zendontvanger vergrendeld is.
LOCK-
knop
2. Om de knoppen te ontgrendelen, drukt u nogmaals op de
LOCK-knop. Het hangslotpictogram verdwijnt en alle knoppen zijn
nu ontgrendeld.
Licht/
bereikknop