Inhoudsopgave
Advertenties
DCCOM-R
Fig. 3 Bevestigingsvereisten
ATTENTIE
ATTENTIE
ATTENTIE
MIW-DCCOM-R-NL-000 - 06 / 08 / 21
INTELLIGENTE CO/NO
2
KANAALSENSOR
Fig. 2 Montagepositie
Correct
LUCHTSTROOM
2.
Volg deze stappen:
2.1
Boor een luchtdicht gat van Ø 13 mmin het kanaal.
2.2
Bevestig de flens op het buitenoppervlak van het kanaal met behulp van
de zelfborende schroeven die bij de sensor zijn geleverd. Als u de flens
niet wenst te gebruiken, plaatst u de probe en bevestigt u de behuizing
rechtstreeks op het kanaal. Let op de richting van de luchtstroom (zie Fig.
2 en Fig. 3).
Algemene vereisten: Het apparaat mag niet worden geïnstalleerd in turbulente
luchtzones. Zorg voor voldoende lange 'settling zones' stroomopwaarts en
stroomafwaarts van het aftappunt. Een 'settling zone' bestaat uit een recht stuk
buis of buis zonder obstakels. Vermijd installatie in de buurt van filters, koelspiralen,
ventilatoren, enz. De sensor zal een optimaal resultaat bereiken wanneer de
meting wordt uitgevoerd op minimaal 7,5 kanaaldiameter stroomafwaarts
en minimaal 3,5 kanaaldiameter stroomopwaarts van eventuele bochten of
stromingsbelemmeringen.
Het installeren van dit toestel dicht bij een hoog EMI-uitstralend toestel kan tot
foute meetwaardes leiden. Gebruik afgeschermde bekabeling binnen hoog EMI
gebieden.
Houd een minimale 15 cm (5,9'') afstand tussen 230 VAC voedingslijnen en de
bekabeling van dit type toestel.
2.3
Installeer de sonde op de gewenste diepte en; als u de flens gebruikt,
bevestigt u deze via de witte plastic schroef aan de sonde.
2.4
Schroef het deksel van het apparaat los en steek de verbindingskabels door
de kabelwartel van het apparaat.
www.sentera.eu
terug naar inhoudstafel
Niet correct
LUCHTSTROOM
7,5*D
D = buisdiameter
(1)
3,5*D
(1)
7 - 9
Advertenties
Inhoudsopgave
