4.2 Het geheugen beheren
Opslag en programmageheugen
Bestanden, instellingen en gegevens die u aan uw A701 hebt toegevoegd,
worden in het geheugen van de A701 opgeslagen. Het geheugen op uw A701
wordt gedeeld tussen het opslaggeheugen en het programmagheugen.
Opslaggeheugen
Het opslaggeheugen wordt gebruikt om de gegevens die u maakt en de extra
programma's die u installeert, op te slaan.
Programmageheugen
Het programmageheugen wordt gebruikt om programma's uit te voeren op
uw A701.
Uw A701 beheert automatisch de toewijzing tussen het opslag- en
programmageheugen. In sommige situaties, zoals wanneer er onvoldoende
geheugen is, zal uw A701 echter niet in staat zijn de toewijzing automatisch aan
te passen. (Voor informatie over het oplossen van geheugenproblemen, zie
sectie 8.2.)
Extra geheugen
U kunt een SD/MMC-opslagkaart aanschaffen voor back-up, opslag en
archieven, of om grote bestanden over te dragen naar andere apparaten.
Bestanden die op een opslagkaart zijn opgeslagen, verschijnen in de map
, onder
Opslagkaart
Gegevens die op een opslagkaart zijn opgeslagen blijven bewaard, zelfs als u
A701 zonder stroom valt.
Uw A701 beheren
My Device (Mijn apparaat)
in de Verkenner.
4-5